Meerwaarde (Marx): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Jurriaan1959 (overleg | bijdragen)
k meerprodukt niet meerwaarde
typo's en taalfouten
Regel 1:
'''Meerwaarde''' is een begrip uit de [[economie|economische]] theorie van [[Karl Marx]]. Met meerwaarde duidde Marx een waardetoevoeging door onbetaalde meerarbeid aan.
 
In de begintoestand van de economische ontwikkeling, die geassocieerd wordt met een toestand van [[oercommunisme]], produceert iedereen slechts genoeg om in zijn eigen levensoverhoudlevensonderhoud te voorzien (zie [[autarkie]]). Zodra echter een surplus ([[economisch surplus|overschot]]) geproduceerd wordt, is er sprake van '''noodzakelijke arbeid''' en '''meerarbeid'''. Deze laatste produceert een meerproduktmeerproduct. Ook treedt dan de eerste [[klassenmaatschappij]] in werking: sommigen kunnen zich als heersers opstellen en leven van de meerarbeid van anderen.
 
In het [[Industriële revolutie|industriële tijdperk]] is de situatie nog net zo. Grondstoffen worden bewerkt tot producten, met zijn inspanning creëert de arbeider zo waarde. Deze inspanning wordt maar gedeeltelijk beloond. Een deel van de inspanning van de arbeider komt niet aan hem ten goede. Elke vorm van waardevermeerdering (of dit nu [[winst (onderneming)|winst]], [[rente]], [[dividend]] of welke vorm dan ook) ten bate van de [[vermogen (economie)|kapitaalbezitter]] was volgens Marx te herleiden tot meerwaarde en zo tot onbetaalde meerarbeid.
Regel 8:
De belangrijkste andere factor is de tijd, een product kan ook een meerwaarde verkrijgen door ouderdom. Hier kan men een voorbeeld geven met [[kasbon]]s (waardepapier aan toonder). De [[interest]] die men er op krijgt maakt dat de waarde in de tijd toeneemt. Een derde factor is de uniciteit, deze factor bepaalt onder meer de waarde van verzamelgoederen ([[postzegel]]s, [[munt (betaalmiddel)|munt]]en) of van kunst.
 
Voor het bepalen van het [[Bruto binnenlands product|binnenlands product]] wordt de meerwaarde beschouwd als een onderdeel van de totale toegevoegde waarde, en wordt gemeten as de totale bruto-winst op de productie van ondernemingen en staatsbedrijven. Maar deze statistische benadering verschilt nogal van Marx's begrip, hoofdzakelijk omdat het statistisch begrip "toegevoegde waarde" is gebaseerd op principes uit het boekhouden, en een specifieke definitie van "productie" veronderstelt. OndermeerOnder meer wordt een deel van het inkomen uit rentes, of de verkoop van bepaalde activa, niet beschouwd als onderdeel van de waarde van "productie". Verder verschilt de meting van afschrijvingen in de nationale jaarrekening van de werkelijke afschrijvingen, omdat andere waarderings-principes gebruikt worden.
 
{{Bronnen|bronvermelding=