Emmanuel Levinas: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Luckas-bot (overleg | bijdragen)
k r2.7.1) (Robot: toegevoegd: sl:Emmanuel Levinas
Meglosko (overleg | bijdragen)
k opmaak
Regel 18:
 
Levinas gaf les (o.a. als [[hoogleraar]]) aan de universiteiten van [[Poitiers]], [[Nanterre]] en [[Universiteit van Parijs|Parijs]]. Onder andere ontving hij een [[eredoctoraat]] van de [[Universiteit Leiden]] op 15 mei 1975, in de [[Pieterskerk (Leiden)|Pieterskerk]] aldaar.
== Filosofie ==
 
=== De Ander centraal ===
Levinas schrijft de ''Ander'' regelmatig bewust met een hoofdletter om ''het onophefbaar anders-zijn van de andere'' te benadrukken. De ''Ander'' kan en mag door mij niet gebruikt worden voor eigen doeleinden en is nooit ongewild te integreren voor mijn eigen doeleinden. Volgens Levinas was de ''Ander'' een weerloos schepsel dat een appèl doet op mijn verantwoordelijkheid. In wezen is de relatie tot de ''Ander'' bij Levinas dus ethisch van aard.
 
=== Egologie en Ontologie ===
Levinas geeft met andere woorden fundamentele kritiek op het steeds trachten in te kapselen van de ''Ander'' in de eigen filosofie. Hij spreekt in dit verband over '''egologie'''. '''Egologie''' is dus een vorm van denken die het [[Ik (voornaamwoord)|ego]], het autonome 'ik' als centrale instantie beschouwt. In de Westerse denktraditie is dit al gaande sinds [[René Descartes|Descartes]]. Het 'ik' is het centrum, de medemens is enkel een belemmering voor de persoonlijke ontplooiing. Het spiegelbeeld noemen we '''ontologie''', waar het 'ik' juist onderworpen wordt aan het allesomvattende ''Zijn'', het (nood)lot. Dit laatste was volgens Levinas nog erger omdat de individuele subjectiviteit totaal verdwijnt. Dit was/is bijvoorbeeld het geval bij het communisme. Bij zowel egologisch als ontologisch denken is er sprake van een ''totaliserend monistisch denken'' want de totale werkelijkheid wordt steeds onder één noemer gevat. Het werkelijk anders-zijn is in dit denken een bedreiging en dient zo vlug mogelijk te worden ingepast in het eigen denken.
 
=== Alteriteit ===
In zijn hoofdwerk '[[Totalité et Infini]]' verbreedt Levinas zijn fundamentele kritiek (geen ruimte voor de ''Ander'') tot de totale [[westerse filosofie|westerse]] wijsgerige traditie. In heel de westerse denktraditie zou er ten diepste 'geen begrip voor de ander' geweest zijn. Het westerse denken is er steeds op uit om dat wat anders is te reduceren tot iets beheersbaars. Deze tendens gaat volgens Levinas terug tot op het antieke Griekse denken. ''Alteriteit'' kan gedefinieerd worden als het onophefbaar anders-zijn van de ''Ander''. De ''Ander'' is nooit door mijzelf in te sluiten in een zelf ontworpen systeem en wordt daarom door Levinas ook omschreven als het ''Oneindige (l'Infini)''. Heel Levinas werk is een poging om de transcendentie van de ''Ander'' ten opzichte van het zijn filosofisch te articuleren. Dit doet hij onder andere door een fenomenologische beschrijving te geven van het ''gezicht van de Ander''. De verschijning van het weerloze gelaat van de ''Ander'' kan mij ertoe bewegen de zorg voor het eigen zijn te vergeten, de ''Ander'' doet dan, met andere woorden een appel op mijn verantwoordelijkheid.
 
=== Religieus Horizontalisme ===
Levinas weigert de relatie tot [[God (algemeen)|God]] te zien als een relatie naast en los van de relatie tot de ''Ander''. De Oneindige openbaart zich uitsluitend in het gelaat van de ''Ander''. God zelf komt daar zelf niet aan te pas, hij laat zich door het menselijke bewustzijn niet in kaart brengen. God is veeleer de Ongrijpbare die voorbijgegaan is en die mij met de ''Ander'' heeft achtergelaten. Wanneer ik een appel van de ''Ander'' beantwoord, 'zie' ik God in het gelaat van die ''Andere''. God staat dus niet boven de mens (religieus verticalisme) maar is terug te vinden op Aarde in het gelaat van de weerloze ''Andere''.