Patroon (munitie): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
SomeoneNL (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Fortie (overleg | bijdragen)
k terminologie kogel
Regel 16:
 
==Werking==
[[Bestand:Bullet.svg|thumb|right|250px|Schema van een Patroon]]<br />(1) KogelpuntKogel (2) Huls (3) Kruit (4) Bodem (5) Slaghoedje]]
Om een patroon af te vuren, moet hij zich in een vuurwapen bevinden. In het wapen bevindt zich de zogenaamde ''kamer'': in feite een stuk van de loop dat groot genoeg is om de hele patroon te bevatten. De achterkant van de kamer wordt afgesloten door de [[afsluiter]] of de [[grendel (sluiting)|grendel]] van het wapen. Wanneer de trekker van een wapen wordt overgehaald, wordt het inwendige mechanisme van het wapen in werking gesteld waardoor de slagpin (die meestal in de afsluiter zit) inslaat op het slaghoedje achterin het centrum van de patroon, of op de rand van een '''randvuurpatroon'''. Dit doet de inhoud van dat slaghoedje of rand geladen met een schokgevoelige initiator (bv. een [[slagsas]], [[loodazide]] of [[kwikfulminaat]]), exploderen, waarna deze de kruitlading in de huls ontsteekt. Hierdoor ontstaat er binnen de patroonhuls een zeer hoge druk. Deze druk duwt de kogel uit de huls, en de kogel komt in de loop terecht. De functie van de huls is nu om de achterkant van de loop af te dichten: de huls zet vanwege de druk uit tegen de binnenwand van de kamer, waardoor wordt voorkomen dat de kruitgassen achterlangs de loop uit kunnen, zodat alle druk ten goede komt aan de snelheid van de kogel.