Tankautospuit: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Internationalisering
OekelWm (overleg | bijdragen)
k onnodige links
Regel 2:
Een '''tankautospuit''' (in België: autopomp of pompwagen) is een type [[brandweerauto|voertuig]] dat de [[brandweer]] normaal gesproken inzet als basisvoertuig. Het voertuig is zo ingericht dat de eerste slag geslagen kan worden bij [[brandbestrijding]] of [[ongeval]]len.
 
In het algemeen is er aan boord plaats voor een standaardploeg van zes man, te weten: [[Bevelvoerder (brandweer)|bevelvoerder]], [[chauffeur]] (is tevens pompbediener), aanvalsploeg (2 personen) en waterploeg (2 personen). De chauffeur zit (in de meeste landen) [[links en rechts (richting)|links]] voorin het voertuig, de bevelvoerder [[Links en rechts (richting)|rechts]] voorin en de bemanning achterin.
 
De meeste tankautospuiten zijn voorzien van bagageruimten met roldeuren, sommige hebben klapdeuren. De [[Pomp (machine)|pomp]] is bijna altijd achterin het voertuig geplaatst en wordt meestal via een [[Power take-off|krachtafnemer]] aangedreven door de motor van het voertuig. De pomp kan alleen tijdens stilstand van het voertuig gebruikt worden tenzij het voertuig hiervoor aangepast is, zoals bij bosbrandbestrijdingsvoertuigen, [[schuimbluswagen]]s of [[crashtender]]s.