Hendrik III van Leuven: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
JRB (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
Hendrik III is vooral bekend voor zijn bijdrage tot de inwijding van de [[abdij van Affligem]]. In juli 1086, kort voor de eigenlijke inwijding op 24 augustus 1086, schonk hij haar een uitgestrekt [[allodium]] van 20 [[mansus|mansi]] (ongeveer 300 hectare) te [[Asse (Vlaams-Brabant)|Asse]].
 
Na de dood van paltsgraaf [[Herman II van Lotharingen]] ([[Dalhem (België)|Dalhem]], 20 september 1085), kreeg hij het [[Landgraafschap Brabant]] in leen van de Duitse keizer [[Hendrik IV van het Heilige Roomse Rijk|Hendrik IV]]. Dit rijksleen was gesitueerd tussen de rivieren de [[Dender]] en de [[Zenne]] en vormde de institutionele basis voor de oprichting van het [[hertogdom Brabant]] in 1183. Als landgraaf werd hij bovendien een rechtstreeks leenman van de Duitse keizer en had de hertog van [[Neder-Lotharingen]] geen gezag over zijn Brabants graafschap.
Omstreeks 1091 werd Hendrik III van Leuven beschouwd als de machtigste graaf in Neder-Lotharingen (MGH, Scriptores X, Rodulfi Gesta abbatis Trudonensis, 250: ''Heynricus tunc potentior habebatur in nostris partibus'').