Astronomische afstandsmeting: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Kleuske (overleg | bijdragen)
k Wijzigingen door 194.151.121.66 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Nederlandse Leeuw
Regel 9:
 
== Nabije afstanden binnen ons melkwegstelsel ==
Afstanden tot 7800 lichtjaar ([[pulsar]] PSR B1508+55) zijn te meten met de [[parallax]]methode. De [[ster (hemellichaam)|ster]] wordt dan vanuit twee verschillende posities waargenomen. Die twee posities zijn twee punten in de baan van de Aarde, dus met zes maanden tussentijd. Op [[telescoop (optica)|telescoopfoto]]'s wordt dan vergeleken over welke hoek in [[boogseconde]]n de plaats van de ster afwijkt ten opzichte van de vaste sterren die veel verder staan. Een boogseconde of [[parsec]] bedraagt 3,26 [[lichtjaar]]. Zo staat de (op onze zon na) dichtstbijzijnde ster [[Proxima Centauri]] op 4 lichtjaar.
 
Een ster heeft ook een [[eigenbeweging]]. Er zijn dan ook minstens drie waarnemingen nodig, steeds met een half jaar tussenruimte. Uit het verschil tussen de eerste en de derde waarneming (die idealiter op dezelfde dag van het jaar gemaakt zijn) blijkt de eigenbeweging, uit het verschil met de tweede waarneming de afstand.