Peterschap: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Luckas-bot (overleg | bijdragen)
k r2.7.1) (robot Erbij: hu:Keresztszülő
Father Paul (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 10:
 
De in de doopregisters vermelde peter zet [[stamboom]]onderzoekers soms ook op weg naar verwantschap.
 
==Peter en meter in de RK Kerk==
Het peterschap en meterschap is in de Rooms Katholieke Kerk nauwkeurig omschreven en aan voorwaarden verbonden.
Het kerkelijk wetboek van de R.K. Kerk omschrijft het in Hoofdstuk IV ([http://www.kerkrecht.nl/main.asp?pagetype=onderdeel&item=105&subitem=2960&page= CIC C. IV])als volgt:
 
Can. 872 - Voor zover het kan, dient aan de dopeling een peetouder gegeven te worden, aan wie het toekomt de volwassen dopeling in de christelijke initiatie bij te staan en, als de dopeling een kind is, hem samen met de ouders ten doop te houden, en eveneens mee te helpen opdat de dopeling een christelijk leven leidt in overeenstemming met zijn doopsel en de verplichtingen die eraan verbonden zijn getrouw vervult.
 
Can. 873 - Er dient slechts één peter of één meter genomen te worden, of ook een peter en een meter samen.
 
Can. 874 - § 1 Opdat iemand tot het opnemen van de taak van peetouder toegelaten wordt:
1. moet deze door de dopeling zelf of diens ouders of door degene die hun plaats inneemt of, bij het ontbreken van dezen, door de pastoor of bedienaar aangeduid zijn alsook de geschiktheid en de intentie hebben om deze taak uit te oefenen;
2. moet deze het zestiende levensjaar voltooid hebben, tenzij door de diocesane Bisschop een andere leeftijd vastgesteld is of tenzij de pastoor of bedienaar om een goede reden een uitzondering toelaatbaar acht;
3. moet deze katholiek zijn, gevormd en het allerheiligste sacrament van de Eucharistie reeds ontvangen hebben, en een leven leiden dat in overeenstemming is met het geloof en met de op te nemen taak;
4. mag deze door geen canonieke wettig opgelegde of verklaarde straf gebonden zijn;
5. mag deze niet de vader of de moeder van de dopeling zijn.
§ 2 Een gedoopte die tot een niet-katholieke kerkelijke gemeenschap behoort, mag niet toegelaten worden tenzij samen met een katholieke peetouder, en slechts als getuige van het doopsel.
 
==Peetvader==