Peter Singer: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
+viu - Tja, Romaine. Groet.
Ik heb gepoogd de tekst te herschrijven waar nodig, ook heb ik de blunder van "abortie" (wat abortus moest zijn) rechtgezet.
Regel 8:
 
==''Animal Liberation''==
GepubliceerdSingers in 1975,boek ''Animal Liberation''<ref>''Animal Liberation: A New Ethics for our Treatment of Animals'', New York: New York review/Random House, 1975, ISBN 0-394-40096-8; tweede editie, 1990, ISBN 0-940322-00-5.</ref>, gepubliceerd in 1975 wordt beschouwd als een van de toonaangevende werken op het gebied van dierenrechten, en heeft invloed gehad op vele dierenrechtenactivisten.<ref>[http://www.thankingthemonkey.com/about_karen_dawn.php Karen Dawn's Biography] Thankingthemonkey.com, bezocht op 25 september 2011.</ref> Het centrale argument van het boek vertrekt van het klassieke [[utilitarisme|utilistische]] idee dat ''het grootste geluk voor het grootste aantal'' de enige maatstaf is voor goed of ethisch handelen, welke Singer dan wil uitbreiden naar andere dieren naast de mens. Volgens Singer is er geen gegronde reden waarom we deze maatstaf niet op andere dieren zouden kunnen en moeten toepassen. Hij gebruikt in dit verband de term [[Speciesismespeciesisme]] (welke hij overneemt van [[Richard Ryder]]), om de praktijk te beschrijven van het privilegiërenvoortrekken van leden van hetde menselijkeigen rassoort (species) boven andere diersoorten.<ref>Peter Singer, "A Utilitarian Defense of Animal Liberation," in Environmental Ethics, ed. Louis Pojman (Stamford,
 
Gepubliceerd in 1975, ''Animal Liberation''<ref>''Animal Liberation: A New Ethics for our Treatment of Animals'', New York: New York review/Random House, 1975, ISBN 0-394-40096-8; tweede editie, 1990, ISBN 0-940322-00-5.</ref> wordt beschouwd als een van de toonaangevende werken op het gebied van dierenrechten, en heeft invloed gehad op vele dierenrechtenactivisten.<ref>[http://www.thankingthemonkey.com/about_karen_dawn.php Karen Dawn's Biography] Thankingthemonkey.com, bezocht op 25 september 2011.</ref> Het centrale argument van het boek vertrekt van het klassieke [[utilitarisme|utilistische]] idee dat ''het grootste geluk voor het grootste aantal'' de enige maatstaf is voor goed of ethisch handelen, welke Singer dan wil uitbreiden naar andere dieren naast de mens. Volgens Singer is er geen gegronde reden waarom we deze maatstaf niet op andere dieren zouden kunnen en moeten toepassen. Hij gebruikt in dit verband de term [[Speciesisme]] (welke hij overneemt van [[Richard Ryder]]), om de praktijk te beschrijven van het privilegiëren van leden van het menselijk ras boven andere diersoorten.<ref>Peter Singer, "A Utilitarian Defense of Animal Liberation," in Environmental Ethics, ed. Louis Pojman (Stamford,
CT: Wadsworth, 2001), 35."</ref>
 
== Toegepaste Ethiek ==
Singers meest omvattende werk, ''Practical Ethics'' (praktische ethiek)<ref>''Practical Ethics'', Cambridge: Cambridge University Press, 1979, ISBN 0-521-22920-0; tweede editie, 1993, ISBN 0-521-43363-0.</ref> is een gedetailleerde analyse over hoe men het best de belangen van levende wezens moeten worden afgewogen. Hij beschrijft daar zijn utilitaristisch principe van gelijke afweging van belangen (''equal consideration of interests'') en hoe dit niet noodzakelijk resulteert in gelijke behandeling van elk wezen met belangen en behoeftes aangezien verschillende belangen een andere behandeling mogelijk maken. Zo hebben bijvoorbeeld wel alle wezens een belang bij de afwezigheid van pijn, maar niet elk wezen heeft de behoefte om hunzijn talenten te cultiveren.
 
Naast het feit dat dit principe een verschillende behandeling van verschillende behoeftes rechtvaardigt, legitimeert het ook een verschillende behandeling voor dezelfde belangen in het geval van ''iminishingdiminishing marginal utility''. Dit is een begrip, oorspronkelijk uit de [[economie]], dat het proces beschrijft waarbij men één geval helpt en dus in geluk laat stijgen en waarbij desondanks de anderen hier geen nadeel bij ondervinden. Een voorbeeld hierbij is het geval waarbij een verhongerend persoon zijn behoefte aan voedsel voorrang krijgt boven diezelfde behoefte bij iemand die maar een beetje honger heeft.
 
''Practical Ethics'' is geen louter abstract en academisch werk, het poogt ook concrete "praktische" oplossingen te bieden voor maatschappelijkeproblemenmaatschappelijke problemen. Zo bevat het ook een hoofdstuk waarin Singer pleit voor een herverdeling van de rijkdom om de absolute armoede te verzachtenbestrijden (Hoofdstuk 8, ''Rich and Poor'') en vervolgens ook nog een hoofdstuk rond het grote probleem van [[migratie]] en [[vluchteling]]en in de geïndustrialiseerde landen (hoofdstuk 9, ''Insiders and Outsiders'')
 
Ondanks dat de natuurlijke, niet-bewuste omgeving geen intrinsieke waarde heeft voor een utilitarist als Singer, vormt milieuvervuiling een groot gevaar voor het bewuste leven, en hierdoor steunt Singer ook de [[Ecologisme|ecologisten]] en zelfs hun opvatting dat de natuur moet gezien worden als een 'werelderfgoed'.<ref>''Practical Ethics'', p. 269</ref> Bescherming van het milieu dient immers de behoeftes en noden van de levende wezens.
 
===Singers visie op AbortieAbortus===
In overeenstemming met zijn algemenalgemene ethische theorie, stelt Singer dat het recht te leven intrinsiek verbonden is met de capaciteit van een wezen om voorkeuren te hebben, welke op haar beurt verbonden is met de capaciteit van een wezen om pijn en plezier te voelen. HieruitVervolgens steltanalyseert hij eenhet simpelklassieke [[syllogisme]] op dat tegen [[abortus]] pleit:
 
<blockquote>
Regel 30 ⟶ 29:
</blockquote>
 
In zijn boek ''Rethinking Life and Death'' (Een Heroverweging van Leven en Dood) alsook in zijn eerder aangehaald werk ''Practical Ethics'', beweert Singer dat als we de premissen aannemen, de redenering geheel correct is. Een vaak voorkomende kritiek echter bestaat uit een aanval op de tweede premisse waarbij men beweert dat de [[foetus]] nog geen mens is. Singer reageertwijst deze kritiek echter af als hieropfoutief door te wijzen op het feit dat de menselijke ontwikkeling een gradueel proces is en het praktisch onmogelijk is om de exacte overgang waar het menselijk leven begint te duiden.
 
Singers argument vóór abortieabortus verschilt van de traditionele argumenten doordat hethij in plaats van de tweede premisse aanvalt,aan Singerte vallen, zich vooral fixeert op de eerste premisse, waarbij hij dus ontkent dat het noodzakelijk fout is een onschuldig leven te beëindigen.
<blockquote>[The argument that a fetus is not alive] is a resort to a convenient fiction that turns an evidently living being into one that legally is not alive. Instead of accepting such fictions, we should recognise that the fact that a being is human, and alive, does not in itself tell us whether it is wrong to take that being's life.<ref>''Rethinking Life and Death'' 105.</ref></blockquote>
 
Nederlandse vertaling:
<blockquote> [Het argument dat de foetus niet in levenlevend is], is een toevlucht tot een handige fictie dat een kennelijk levend wezen verandert in eenéén die wettelijk niet in leven is. In plaats van zulke ficties te accepteren, zouden we het feit moeten erkennen dat een wezen, omdat het leeft en menselijk is ons niet vertelt dat het fout is om dat leven te beëindigen.</blockquote>
 
In plaats daarvan stelt Singer een utilitaristische benadering voor: men moet de argumenten voor of tegen abortieabortus baseren op utilistische berekeningen welke de voorkeuren van de vrouw tegen de voorkeuren van de foetus afweegt. Singer definieert een voorkeur als iets dat men wil bereiken of net vermijden; alle vormen van voordeel of schade veroorzaakt aan een wezen komt direct overeen met de bevrediging of onthouding van een of meer van zijn voorkeuren of behoeftes. Aangezien dat de capaciteit om pijn of genot te voelen de voorwaarde is voor elke voorkeur of elk behoefte, en een foetus, tenminste tot de achttiende week van de zwangerschap, de capaciteit ontbreekt om pijn of genot te voelen, is het niet mogelijk voor zo'n foetus om bepaalde behoeftes, voorkeuren of belangen te hebben. Aldus is er volgens de utilistische berekeningen, geen reden om tegen abortus te zijn en is het moreel verantwoord.
 
===Singers visie op wereldarmoede===
In ''Famine, Affluence, and Morality''<ref>"[http://www.utilitarian.net/singer/by/1972----.htm Famine, Affluence, and Morality]", ''Philosophy and Public Affairs'', vol. 1, no. 3 (Spring 1972), pp. 229–243.</ref> (Hongersnood, welvaart, en de moraal), één van de bekendste essays van Singer, stelt hij dat de huidige situatie rond [[armoede]] moreel onverantwoord is: sommige mensen leven in de grootste armoede terwijl anderen net de grootste overvloed en spilzucht vertonen. Singer stelt voor dat iedereen die in staat is de armen te helpen een deel van zijn inkomen zou moeten doneren aan goede doelen om dezo armoede terug te bestrijdendringen. Singer argumenteert dat, wanneer we toch al een comfortabel leven leiden, een verdere poging en uitgave om dit comfort nog meer te verhogen, verbleekt tegenover het morelemoreel gewicht dat uitgaat van het redden van een ander persoon (uit de armoede) door dit geld aan hem of haar te spenderen. Zelf doneert Singer steeds 25 procent van zijn inkomen aan [[Oxfam]] en [[UNICEF]].<ref>[http://www.princeton.edu/~psinger/faq.html "FAQ on Singer's webpage at Princeton"] Princeton.edu. opgevraagd op 26/09/11.</ref>. In ''Rich and Poor'', de versie uit de tweede editie van het eerder genoemde werk ''Practical Ethics'', zet hij zijn hoofdargumenthet als volgt uiteen:
 
<blockquote>If we can prevent something bad without sacrificing anything of comparable significance, we ought to do it; absolute poverty is bad; there is some poverty we can prevent without sacrificing anything of comparable moral significance; therefore we ought to prevent some absolute poverty.<ref>''Practical Ethics'', pp. 218–246.</ref></blockquote>
 
Nederlandse vertaling:
<blockquote>Als we iets slechts kunnen voorkomen zonder dat wij ook maar iets van gelijke waarde ook maar moeten opofferen, zijn we verplicht dit te doen; absolute armoede is een slechte zaak; er bestaat armoede die wij kunnen voorkomen zonder ook maar iets met een gelijkaardigeeven groot moreel gewicht temoetente moeten opofferen; aldus zijn wij verplicht om absolute armoede te bestrijden en te voorkomen.</blockquote>
 
In een van zijn recentste publicaties, ''The Life You Can Save'' (Het leven dat je kan redden), werkt Singer het argument uit dat het een duidelijke morele plicht is voor burgers van een ontwikkeld land om meer te geven aan goede doelen die instaan voor de armen in de wereld. Ondanks dat Singer erkent dat er bepaalde problemen bestaan rond de efficiëntie en deer garantiesteeds dattwijfels zijn of het geld wel bij de juiste mensen terecht komen, is hij niet van mening dat deze praktische moeilijkheden zijn originele conclusie ondermijnen (dat de mens zich veel harder moet inspannen om de armoede te bestrijden).<ref>[http://www.philanthropyaction.com/nc/the_life_you_save/The Life You Can Save: How to Live, or How to Give?], Philanthropy Action, 1 April 2009</ref>
 
== Bibliografie ==