Karl Johann Philipp von Cobenzl: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Japiobot (overleg | bijdragen)
→‎Als gevolmachtigd minister te Brussel: link van dp naar juiste pagina, replaced: beeldhouwersbeeldhouwers met AWB
Regel 18:
Succesvoller was Von Cobenzl op het [[financiën|financiële]] en het [[economie|economische]] vlak. Samen met [[Patrice-François de Nény]], eveneens een vurig aanhanger van de Verlichting, zette hij een financieel beleid op punt. In 1760 werden voor het eerst de inkomsten en de uitgaven in kaart gebracht. Dit was nodig omdat de uitgaven omwille van de [[Zevenjarige Oorlog (18e eeuw)|Zevenjarige Oorlog]] (1756-1763) begonnen te stijgen. Von Cobenzl slaagde erin om de inkomsten te verhogen door nieuwe [[belasting (fiscaal)|belastingen]] te heffen, de [[douanerechten]] te verhogen, [[lening]]en buit te schrijven en keizerlijke [[loterij]]en te organiseren. Op economisch vlak zette Von Cobenzl de [[mercantilisme|mercantilistische]] politiek van zijn voorganger Botta-Adorno verder. Hij bevorderde de [[industrie]] door exclusieve [[octrooi]]en te geven aan bestaande industrieën zoals de fabricatie van [[porselein]] en [[kant (textiel)|kantwerk]] maar ook door de oprichting van nieuwe industrieën zoals de [[glasblazen|glasblazerijen]], [[katoen]]drukkerijen en de [[chemische industrie]]. Hij gaf verder fiscale voordelen om de ontginning van nieuwe [[landbouw]]gronden aan te moedigen en begin met de ontwikkeling van de [[haven van Oostende]].
 
Ook op [[cultuur|cultureel]] vlak was Von Cobenzl zeer actief. Hij liet in 1755 de ''Bibliotheek van de hertogen van Bourgondië'' (de latere [[Koninklijke Bibliotheek van België|Koninklijke Bibliotheek]]) restaureren en uitbreiden en stichtte in 1769 de ''Société Littéraire'' die in 1772 aan de wieg zou staan van de [[Académie royale de Belgique]]. Von Cobenzl bevorderde als [[mecenas]] het artistieke leven in Brussel en steunde de plaatselijke [[kunstschilder]]s, [[beeldhouwer (kunstenaar)|beeldhouwers]]s en [[graveur]]s. Door zijn verkwistende levensstijl zat Von Cobenzl regelmatig met een zware schuldenberg.
 
Von Cobenzl bleef gevolmachtigd minister tot aan zijn dood in 1770. De periode van Von Cobenzl was zeer lang en vruchtbaar geweest en keizerin Maria Thersia was hem hier heel erkentelijk voor. In 1759 werd hij tot ridder van de [[Orde van het Gulden Vlies]] geslagen en hij kreeg het Grootkruis in de [[Orde van de Heilige Stefanus]] die in 1764 door de keizerin opgericht was. Tot tweemaal toe betaalde de keizerin de schulden af die Von Cobenzl door zijn verkwistend leven had gemaakt. Bij zijn dood diende zijn weduwe dan ook al zijn bezittingen te verkopen om zijn schulden te kunnen afbetalen.