Bijbelse poëzie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Koosg (overleg | bijdragen)
Koosg (overleg | bijdragen)
Regel 46:
* "Alfabet-gedicht" ([[Acrostichon]]): Iedere regel begint met de volgende letter van het [[Hebreeuwse alfabet]]. De eerste begint dus met ''[[alef]]'', de tweede met ''[[bet]]'' en zo verder, tot en met de 22e en laatste letter ''[[tav]]''.<ref>Men gaat ervan uit dat dit ''alfabetisch rijm'' werd gebruikt als [[mnemotechniek|geheugensteuntje]].</ref> Er zijn hierop allerlei varianten te vinden: in [[Klaagliederen]] 1, 2 en 4 begint elke strofe van drie regels met de volgende letter; in Klaaglied 3 begint elk vers van de strofe met die letter; dus 3 keer ''alef'', 3 keer ''bet'' enzovoorts. Klaaglied 5 heeft wel 22 verzen maar is geen acrostichon. In psalm 119 begint elke stanza van 8 verzen met 8 keer de ''alef'', 8 keer de ''bet'' enzovoorts (Deze psalm heeft daarom 8 x 22 = 176 verzen).
* Woordspelingen komen zowel in Hebreeuws proza als in Hebreeuwse poëzie regelmatig voor. Bijvoorbeeld in Genesis 9:5 wordt gespeeld met de woorden ''dam'' = bloed en ''adam'' = mens:
:''Wie vergiet '''dam ha-adam''' (bloed van de mens) '''ba-adam damo'''(doorom de mens (zal) diens bloed) vergoten worden.<ref>Zie voor de veratling met ''om'' Fokkelman, J. dichtkunst in de Bijbel, bladz 89; Meinema, 2000</ref><ref>Ook op ander plaatsen vinden we woordspelingen met ''dam'', bloed, ''Edom'' (rood, Esau), ''adam'', mens , Adam) ''adama'' (grond).</ref>
 
==Vertaling==