Mungboon: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Taalvos (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 25:
De [[bloem (plant)|bloemen]] groeien in compacte, bladokselstandige of eindstandige [[tros (bloeiwijze)|trossen]]. De [[bloemkroon]] is groenig-geel of rose en circa 1,3 cm lang. De [[vrucht (plant)|vruchten]] horizontaal staande of hangende groene, grijze of bruine, iets afgeplatte, 4-10 x 0,4-0,7 cm grote [[peul (vrucht)|peulen]] die bezet zijn met afstaande, rossige, ruwe haren. De peulen bevatten zes tot vijftien olijfgroene, soms gele of bijna zwarte, afgeronde of onregelmatig tonvomige, tot 6 mm lange [[zaad (plant)|zaden]] met een witte, ovale of streepvormige navel met een smalle, zwarte rand.
 
De jonge peulen en zaden worden gekookt als [[groente]] of verwerkt in [[soep (voedsel)|soepen]]. De mungboon wordt vaak geprefereerd boven andere [[boon]]soorten, omdat hij lichter verteerbaar is en minder [[winderigheid]] veroorzaakt. In [[India]] maalt men gedroogde zaden tot meel, waarvan gekruid platbrood wordt gebakken. Ook wordt er in India het traditionele gerecht "dahl" van gemaakt, een soort kruidige bonenbrij. In Indonesië eet men de "katjang idjo" (groene boon) als een soort pap met kokosmelk en palmsuiker. In de [[Chinese keuken]] worden de [[kieming|kiemen]], bekend als [[taugé]], gebruikt als groente en verwerkt in salades, vergelijkbaar met [[alfalfa]]. Taugé wordt geproduceerd door de zaden in water te weken en in het donker te laten ontkiemen. Het smaakt kruidig-nootachtig en bevat veel [[vitamine C]].
 
De plant wordt ook als [[veevoer]] of [[groenbemester]] gebruikt.
 
De mungboon stamt uit India en wordt vooral in ([[subtropen|sub]])[[Tropen (geografie)|tropisch]] [[Azië]], [[Oost-Afrika]] en in de [[Caraïben]] verbouwd tot op hoogtes van 2000m2000 meter.
 
{{commons|Vigna radiata}}