Wet van Curie: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
+cat |
layout |
||
Regel 1:
[[Bestand:Curie-pierre.jpg|thumb|[[Pierre Curie]]]]
De '''wet van Curie''' beschrijft het verband tussen de [[magnetische susceptibiliteit]]
De wet werd in 1896 voor het eerst in deze vorm geformuleerd door [[Pierre Curie]]. In 1907 ontwikkelde de Franse fysicus [[Pierre-Ernest Weiss]] de wet van Curie verder tot de [[wet van Curie-Weiss]], door rekening te houden met coöperatieve effecten.
Men verkrijgt deze wet wanneer men een ideaal systeem bekijkt dat uit
* de [[grondtoestand]] van de deeltjes thermisch geïsoleerd is,
* er geen [[spin-baankoppeling]] is,
Regel 15:
* [[Maxwell-Boltzmann-verdeling|Boltzmannstatistiek]]: Met toenemende temperatuur neemt de kans toe dat spins de ongunstige antiparellelle oriëntatie aannemen.
* [[Warmte|Thermische energie]]: Bij toenemende temperatuur werkt de eigen beweging van de deeltjes een oriëntatie in de richting van het megneetveld tegen.
De [[magnetische susceptibiliteit]]
De wet van Curie luidt:
Regel 21:
:<math> \chi_\mathrm{m} = \frac{C}{T} </math>
De [[Curieconstante]]
:<math> C = \mu_0\,n\,\frac{\mu^2}{3\,k_\mathrm{B}} </math>
Hierin is
Veelal worden de magnetische susceptibiliteit en de constante van Curie op de [[stofhoeveelheid]] betrokken in plaats van op het volume. In dat geval geldt:
Regel 31:
:<math> \chi_\mathrm{m,mol} = \frac{C_\mathrm{mol}}{T} </math>
met
== Zie ook ==
|