Gerard van Lotharingen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 17:
In 1053 kwam Gerard op zijn beurt paus Leo IX te hulp tegen de Italiaanse [[Normandië|Normandiërs]]. Gerard leidde een klein Duits contigent in het pauselijke leger dat zich in dat jaar wilde verenigen met een [[Byzantijnse Rijk|Byzantijns]] leger om de Normandiërs aan te vallen. Die wachtten echter niet af maar onderschepten het pauselijke leger op 18 juni 1053 bij Civitate (bij [[Foggia (stad)]]). Er werden besprekingen gevoerd maar de Normandiërs vielen ondertussen aan en hun rechtervleugel verjoeg een overmacht aan Italiaanse troepen van de paus. Ondertussen wisten de Duitsers, die ongeveer 2:1 in de minderheid waren tegen de resterende Normandiërs, hun tegenstanders in het nauw te brengen maar ze verloren de slag toen de rechtervleugel van de Normandiërs op het slagveld terugkeerde. Paus Leo IX werd gevangen genomen.
 
Gerard was voogd van de abdijen van Sint Pieter te Metz, Sint Maarten bij Metz, Sint Evre te [[Toul]], [[Abdij van Remiremont|Remiremont]], [[Moyenmoutier]] en [[Saint-Mihiel]]. Deze voogdijschappen leidden tot conflicten met de bisschoppen van [[prinbisdom Metz|Metz]], [[Verdunprinsbisdom (Meuse)Verdun|Verdun]] en [[prinsbisdom Toul|Toul]]. Gerard bouwde kastelen in Prenay en [[Nancy]] (het begin van het middeleeuwse Nancy) om zo de verbinding tussen zijn noordelijke en zuidelijke bezittingen zeker te stellen. Tegen het einde van zijn leven kwam Gerard in conflict met lokale edelen. Hij overleed op een veldtocht tegen opstandelingen, volgens geruchten was hij vergiftigd. Hij werd begraven in de abdij van Remiremont. Met zijn bewind kwam een einde aan de turbulente geschiedenis van Opper-Lotharingen, zijn nageslacht regeerde tot 1755.
 
Gerard was een zoon van [[Gerard van Metz]] en Gisela. Hij was gehuwd met Hedwig, dochter van [[Albert I van Namen]], en werd de vader van: