Dominantie (genetica): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
RoboRex (overleg | bijdragen)
k robot Erbij: es
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
Een genetische eigenschap heet '''dominant''' als bij een [[diploïde|diploïd]] organisme slechts één van de twee [[genallel]]en van een [[gen]] (òf die op het van de moeder afkomstige [[chromosoom]] òf die op het van de vader afkomstige chromosoom) detot eigenschapuiting hoeft(expressie) tekomt. hebbenHet opdatniet hettot individuexpressie dekomende eigenschapallel in hetheet [[fenotyperecessief]] vertoont.
 
Als bijvoorbeeld door een afwijking in een gen, [[mutatie]] genoemd, een ander [[proteïne|eiwit]] wordt gemaaktaangemaakt meten zo bijvoorbeeld resistentie geeft tegen een ongewenstevoor ende plant schadelijk organisme schadelijke(o.a. eigenschap[[schimmels|schimmel]], [[insect]] of [[aaltje]]), dan zal zo'n afwijking vaakdeze ''dominant''plant voordeel opleveren en zal deze mutatie in de [[populatie]] de overhand zijnkrijgen.
 
Bij [[polyploïd]]e organismen zijn er meer dan twee allelen van een gen aanwezig. Bij een [[tetraploïde|tetraploïd]] is dit bijvoorbeeld vier. Als er vier recessieve allelen aanwezig zijn wordt dit een nulliplex genoemd, bij twee een duplex, bij één een triplex en een quadriplex heeft vier dominante allelen.
Een eigenschap die zijn effect pas vertoont als beide equivalente genen betroffen zijn heet [[recessief]]. De mate van dominant of recessief zijn kan worden weergegeven als de [[penetrantie]] van het gen.
 
Een eigenschap die zijn effect pas vertoont als beide equivalente genen betroffen zijn heet [[recessief]]. De mate van dominant of recessief zijn kan worden weergegeven als de [[penetrantie]] van het gen.
 
Zie ook: [[Erfelijke aandoening]]