Jacob Mossel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
T. Tichelaar (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
T. Tichelaar (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
 
Jacob Mossel maakte carrière van [[lichtmatroos]] tot [[gouverneur-generaal]] van Nederlands-Indië. Op 15-jarige leeftijd vertrok hij als lichtmatroos op het [[fluitschip]] de Haringthuyn naar Indië. Omdat zijn familie een [[wapenschild]] had kreeg hij een voorkeurspositie en werd hij door [[Dirk van Cloon]] aangenomen als "matroos aan de pen" aan de [[kust van Coromandel]] (1721). Op 30 maart 1730 trouwde hij met Adriana Appels, de 14-jarige stiefdochter van gouverneur Adriaan van Pla. Jacob Mossel werkte zich uiteindelijk op tot gouverneur en directeur van de Coromandelkust (1738). In 1740 kreeg hij de titel extra-ordinaris Raad van Indië en in 1742 werd hij in [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] lid van de Raad van Indië. In 1745 werd hij de eerste directeur van de [[Amfioensociëteit]], een organisatie in eigendom van een aantal VOC-ambtenaren die het alleenrecht kreeg op de handel in opium in het klein. In 1747 werd hij benoemd tot directeur-generaal (tweede bewindvoerder van Indië) en in 1750 volgde hij [[Gustaaf Willem van Imhoff (senior)|van Imhoff]] na diens dood op als gouverneur-generaal van Nederlands-Indië. Deze functie vervulde hij tot het jaar van overlijden (1761).
 
[[File:COLLECTIE TROPENMUSEUM Aquarel van het feestmaal georganiseerd door Paravicini TMnr 3728-541a.jpg|260px|thumb|Aquarel van het feestmaal georganiseerd door Paravicini (1756), collectie [[Tropenmuseum]]]]
 
Jacob Mossel bestuurde Indië in een periode dat het steeds slechter ging met de VOC. Hij voerde bezuinigingen door en staakte de strijd in [[Bantam (provincie)|Bantam]] door te erkennen dat zijn voorganger verkeerd had gehandeld. De VOC boette aan macht in door expansie van de Engelse [[Britse Oost-Indische Compagnie|Oost-Indische Compagnie]]. In de strijd om [[Bengalen (gebied)|Bengalen]] verloor Mossel het van de Engelsen. Mossel was er een voorstander van om ook privé-ondernemers op eigen initiatief te laten handelen in het Indisch gebied. Het ging dan in het bijzonder om de kleine handel waarop de Compagnie geen winst kon maken. Als gevolg daarvan onderging Batavia opnieuw een periode van bloei, die door de door zijn opvolgers genomen belastingmaatregelen weer teniet werd gedaan. De VOC had last van corruptie en zelfverrijking door haar ambtenaren. Ook Jacob Mossel heeft daaraan meegedaan, zijn grote vermogen heeft hij in ieder geval niet uit zijn officiële inkomen kunnen vergaren. De maatregelen die hij nam om de corruptie tegen te gaan waren niet erg effectief. Om overdreven pracht en praal uit te bannen vaardigde hij in 1754 het zogenaamde "Reglement ter beteugeling van Pracht en Praal" uit waarin exact stond voorgeschreven welke uiterlijke rijkdom VOC-ambtenaren mochten vertonen. Dat varieerde van het aantal knoopsgaten tot aan de grootte van het huis. Het reglement gold echter niet voor hemzelf. Toen zijn dochter trouwde ging dat gepaard met een exuberant feest. Nadat hij in 1761 aan een slopende ziekte was overleden werd hij met veel uiterlijk vertoon begraven.