Gijsbrecht van Aemstel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Souffleur (overleg | bijdragen)
nuance en typo's
Souffleur (overleg | bijdragen)
dubb.verm slottekst
Regel 72:
:'t En waer met Amsterdam zoo verre noit gekomen.
en spreekt de engel (voor het eerst in 1638, tijdens de opening van de schouwburg, in de nabijheid van de net gereed gekomen gekroonde spits van de [[Westertoren (Amsterdam)|Westertoren]]) , ten overstaan van de middeleeuwse personages en het 17e eeuwse publiek de '[[profetie]]' uit dat:
:'eer drie honderd jaer Verloopen'(...) ‘Als uw naemhafte stad haer' Schouwburgh open doet' (...) de stad “haer kroon tot aen den hemel toe’ zal verheffen.<br />
Gijsbrechts slottekst luidt:
:Vaer wel, mijn Aemsterland: verwacht een' andren heer.
 
== Samenvatting ==
Regel 93 ⟶ 91:
 
===Vijfde bedrijf===
Gysbreght vertelt Badeloch dat de strijd om het stadhuis verloren is. Een bode komt op en vertelt dat ook het klooster gevallen is; de Witte van Haemstede vermoorde alle nonnen en bischop Gozewijn. De burgers vluchten naar het slot van de van Aemstels. De bode spoort Gysbreght aan een tegenaanval te doen en daarna de brug af te breken. Men draagt de zwaargewonde Arend, Gysbrechts broer, binnen die even later sterft. Trompetgeschal kondigt de komst van de Heer van Vooren aan, die de overgave eist. Gijsbrecht weigert. en probeert Badeloch ertoe te bewegen met de kinderen per boot te vluchten. Badeloch wil niet: ze wil liever sterven dan haar echtgenoot achterlaten. Als Gijsbrecht woedend dreigt naar buiten te gaan gehoorzaamt ze. Dan verschijnt de engel Rafael. Hij vertelt uit naam van God dat allen moeten vluchten. De stad Amsterdam is verloren. Over 300 jaar zal de stad weer uit haar as verrijzenzijn herrezen, maar nu is het zinloos te blijven vechten. Gijsbreght moet in Pruisen een Nieuw Holland stichten. Gysbreght gehoorzaamt en na de dialoog:
:Helaes! hoe bitter valt het scheiden van zijn land.
:daer alles loopt verloren!
:De liefde tot zijn land is yeder aengeboren.
:Verdelghe stad, wy gaen, en komen nimmer weer.
komt het spel tot een einde. met Gijsbrechts slottekst:
:Vaer wel, mijn Aemsterland: verwacht een andren heer
:Vaer wel, mijn Aemsterland: verwacht een' andren heer.
komt het spel tot een einde.
 
== De historische Gijsbrecht ==