No cure, no pay: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Harald O. (overleg | bijdragen)
Harald O. (overleg | bijdragen)
Regel 19:
Tegenstanders van no cure no pay wijzen erop, dat no cure no pay de claimcultuur in de hand zou werken zoals in de [[Verenigde Staten van Amerika|VS]]. Daarnaast duikt de negatief beladen term van ''Ambulance chasers'' (achtervolgers van [[ambulance]]s) regelmatig op. Hier gaat het om letselschadebureaus en -advocaten die meteen na een ongeval tevoorschijn komen en zich presenteren als belangenbehartiger in een letselschadezaak.
 
De laatste tijd is no cure no pay omstreden omdat deze constructie volgens sommige partijen, vaak ten onrechte wordt toegepast bij letselschadezaken waarin de aansprakelijkheid al is erkend door de tegenpartij. De letselschadespecialist kan dan immers zijnde redelijke kosten van deskundige bijstand rechtstreeks verhalen op de verzekeraar van de tegenpartij op grond van art. 96 van boek 6 van het [[Burgerlijk Wetboek (Nederland)|Burgerlijk Wetboek]] (art. 6:96 BW). Verschillende tv-programma's zoals [[Zembla]], [[Tros Radar]] en [[Knelpunt (televisieprogramma)|Knelpunt]] van [[Omroep MAX]] hebben hier al aandacht aan besteed.
 
Ook worden vele belangenbehartigers ervan beschuldigd, dat ze door het afsluiten van no cure no pay contracten zowel een honorariumpercentage van het letselschadeslachtoffer ontvangen als een bepaald bedrag van de verzekeraar, hetgeen neerkomt op dubbel declareren. Hierdoor zouden de letselschadeslachtoffers, c.q. cliënten, juist ernstig financieel benadeeld worden.
 
In het tv-programma Tros Radar werden op 11 januari 2010 geheime beloningsakkoorden tussen tien verzekeraars en het 'no cure no pay' letselschadebureau Pals Groep bekendgemaakt. Dit warenzijn [[convenant]]en, waarbij werdonder meer is afgesproken dat hetde letselschadebureauverzekeraar een percentage van 21% van het schadebedrag ontvinguitbetaald, buitenbovenop de schadevergoeding van het letselschadeslachtofferslachtoffer, als vergoeding voor (de cliënt)buitengerechtelijke omkosten. Dit wasNaar aanleiding voorhiervan Kamervragen vanheeft het [[Socialistische Partij (Nederland)|SP]]-[[Tweede Kamer]]lid [[Arda Gerkens]] kamervragen gesteld aan de minister van Justitie [[Ernst Hirsch Ballin]]. In zijn reactie geeft de Minister aan dat hij op de hoogte is van de betreffende convenanten en dat deze niet geheim zijn, maar publiekelijk bekend. Daarnaast geeft de Minister aan dat deze convenanten juist in het belang van de cliënt zijn opgesteld.
 
{{bron|bronvermelding=