Manipel (liturgie): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
{{Zijbalk liturgisch gerei}}
[[Bestand:Kazuivel III.jpg|thumb|left|250px|Paarse stola en dito manipel]]De '''Manipel''' (Latijn: ''manipulus'') is een strookvormige doek die tijdens het celebreren van de Mis aan de linkerarm wordt gedragen. Dit liturgisch kledingstuk, datwerd tot de jaren 1960 algemeen gebruikt werd in de [[Rooms-katholieke Kerk|Katholieke Kerk]]. TegenwoordigIn komtde [[Novus Ordo Missae|Nieuwe Liturgie van Paus Paulus VI]] werd het minderdragen voor,van hoewelde ditmanipel in 1967 met de instructie ''[[paramentTres Abhinc Annos]]'' niet officieellanger isverplicht<ref>{{en}}[http://www.adoremus.org/TresAbhinc.html afgeschaftTres Abhinc Annos, 25], 4 mei 1967</ref>. In de Missen volgens de [[Tridentijnse ritus|buitengewone vorm van de Romeinse ritus]] wordt hij nog steeds gebruikt.
 
== Gebruik ==
De manipel wordt door de [[priester]] - en in de plechtige [[Mis]] met assistentie ook door de [[diaken]] en [[subdiaken]] - gedragen over de ''linker'' onderarm op de mouwen van de [[albe (onderkleed)|albe]]. Hij wordt dichter bij de pols dan bij de elleboog gedragen. De manipel wordt enkel tijdens het celebreren van de [[Mis]] gedragen, met uitzondering van de preek of [[homilie]]. Indien de priester gaat preken vanaf de [[Ambo (preekstoel)|ambo]] of vanaf de [[preekstoel]] legt hij de manipel over het [[missaal]], het boek met daarin de gebeden van de [[Mis]]. Bij de [[Offertorium|offerande]] doet de priester de manipel weer aan.
 
HetDe manipel wordt met name gebruikt in combinatie met het Romeinse model van hetde [[kazuifel]], de zogenaamde ''vioolkist''. In combinatie met de moderne Gotische uitvoering van hetde kazuifel wordt hetde manipel nauwelijks gebruikt. HetDe Romaanse kazuifel wordt met name gedragen in de [[Mis]] volgens de [[Tridentijnse ritus]].
 
==Symboliek==
Regel 11:
 
== Geschiedenis ==
De manipel ontstond al erg vroeg in de liturgische traditie. Ontstaan in de eerste eeuwen van het [[christendom]] in [[Rome (stad)|Rome]] was de manipel in de [[zesde eeuw|6e eeuw]] in [[West-Europa]] algemeen verspreid. Hij vindt zijn oorsprong als versierde zweet- en zakdoek die over de arm gedragen werd. In de warme landen van het [[Middellandse Zeegebied]] veroorzaakten de in de Oudheid zware gewaden van bisschoppen, priesters, diakens en subdiakens, vaak hevige transpiratie. Met name de [[bisschop]] had het in vroeger tijd vaak erg warm door de vele kledingstukken die hij droeg, namelijk: [[Albe (onderkleed)|albe]], [[amict]], [[Stola (liturgie)|stola]], [[Cingel (koord)|cingel]], [[Manipel (liturgie)|manipel]], [[Dalmatiek (liturgie)|dalmatiek]] én [[kazuifel]], handschoenen, speciale schoenen, [[bisschopsring]], [[kromstaf|staf]] en [[mijter]].
 
In de loop van de ontwikkeling van de liturgie evolueerde de manipel steeds meer naar een rijk versierd kledingstuk en verloor zijn praktische gebruik als zweetdoek. Tezamen met de dikkere en rijkere versiering met onder meer goud en zijde die de liturgische kledingstukken na de middeleeuwen ging kenmerken - de aan de schouderzijde ingekorte ''Romaanse'' kazuifels kwamen steeds meer op - werd ook de manipel steeds meer gestijfd en veelal versierd met zeer kostbaar goudstiksel.
 
{{Referenties}}
 
[[Categorie:Kleding van christelijke geestelijken]]