Thüringse staten: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Känsterle (overleg | bijdragen)
nieuw - tot 1920 staatkundig sterk versnipperd gebied van Duitsland
 
Känsterle (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 10:
 
[[Afbeelding:Ernestijnse.png|thumb|right|300px|De Ernestijnse hertogdommen 1826-1918]]
 
===Opdeling===
In Thüringen leefde de oude Duitse ''Kleinstaaterei'' nog tot in de 20e eeuw voort. Deze sterke versnippering, die de regio tot politieke onbeduidendheid veroordeelde, werd nog bevorderd door het feit dat de staten geen aaneengesloten grondgebied hadden, maar elk uit verschillende niet aangrenzende delen bestonden. In dynastiek opzicht was het gebied in drieën te verdelen: het werd gedomineerd door de zogenaamde [[Ernestijnse hertogdommen]] van het Huis [[Huis Wettin|Wettin]], in het oosten lag het land van de [[Huis Reuss|Reuss]]en, in het midden en noorden dat van de [[Huis Schwarzburg|Schwarzburg]]ers.
Regel 28 ⟶ 29:
#Vorstendom [[Schwarzburg-Sondershausen]] (van 1909 tot 1918 in personele unie met Rudolstadt)
 
[[Afbeelding:Dreiherrenstein.jpg|thumb|left|200px|[[Grenssteen]]: de ''Dreiherrenstein'' bij het voormalige drielandenpunt bij [[Weitramsdorf]] ('''K'''oninkrijk '''B'''eieren - '''H'''ertogdom '''S'''aksen-'''M'''einingen - '''H'''ertogdom '''S'''aksen-'''C'''oburg)]]
===Deelname aan statenbonden===
De Thüringse staten waren van 1806/1807 tot 1813 lid van de [[Rijnbond (1806)|Rijnbond]] en van 1815 tot 1866 van de [[Duitse Bond]]. In de Pruisisch-Oostenrijkse Oorlog (1866) schaarden Saksen-Altenburg, Saksen-Coburg en Gotha en Schwarzburg-Sondershausen zich aan de zijde van Pruisen, terwijl Saksen-Meiningen en Reuss o.l. [[Keizerrijk Oostenrijk|Oostenrijk]] steunden. De overige staten bleven aanvankelijk neutraal, maar sloten zich na de [[Slag bij Königgrätz]] bij Pruisen aan.