Gerrit Braamcamp: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k WikiCleaner 0.99 - Link naar doorverwijspagina aangepast. Help mee! |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 12:
==Biografie==
De oorsprong van de familie Braamcamp ligt in [[Rijssen]]. Zijn vader Jan (1671-1713) was in 1699 in een Amsterdamse [[schuilkerk]] getrouwd met Hendriena van Beeck (-1721), een weduwe, die woonde op de
Gerrit was lid van het wijnkopers[[Gilde (beroepsgroep)|gilde]] in de Koestraat; zijn broer Rutger (1705-1782) was tapper in de Zoutsteeg bij het [[Damrak]]<ref>http://www.vogelenzang.org/huis%20te%20vogelenzang.htm </ref> en lid van het kuipersgilde in de Barndesteeg bij de [[Nieuwmarkt]]. <!--Rutger trouwde in 1728 met een van oorsprong Tholense, woonachtig op de Herengracht. Ook Alberdingk Thijm stamt af van deze familie--> Hun broers Dirk (1701-1755) en Herman (1709-1775) woonden in Portugal.<ref> Herman werd in 1751 [[Consulaat (diplomatie)|resident]] van [[Frederik II van Pruisen|Frederik de Grote]], de koning van Pruisen. Bille, C. (1961) De tempel der kunst, of, Het kabinet van den heer Braamcamp, p. 19. </ref> In 1736 begon Gerrit een houthandel. <!--In 1737 had een klein winkeltje tussen de Prinsengracht en de [[Magere brug]].--> In oktober 1742 stierf zijn vrouw, Elisabeth Klumper, die in de [[Nieuwe Kerk (Amsterdam)|Nieuwe kerk]] werd begraven. Braamcamp woonde inmiddels aan de [[Prins Hendrikkade|Buitenkant]] en begon met verzamelen.
Vanaf 1750 gebruikte hij maar bewoonde ook mogelijk het zuidelijke gedeelte van het [[Trippenhuis]] voor zijn kunstcollectie.<ref>http://www.inghist.nl/retroboeken/nnbw/#10:531 </ref> Beneden bij de binnenplaats zat een suppoost.<ref>[http://www.dbnl.org/tekst/albe003proj01_01/albe003proj01_01_0019.php GEDENKSCHRIFTEN VAN JAN SINKEL DE JONGE door J.A. Alberdingk Thijm]</ref> In 1755 kocht hij het naastgelegen woonhuis op de [[Kloveniersburgwal]] voor 22.600 gulden van de erfgenamen van [[Tymen Jacobsz. Hinlopen]] uit een tak van de familie [[Hinlopen (familie)|Hinlopen]], die naar de [[Beemster]] was verhuisd.
In 1758 kocht hij een pand genaamd ''Sweedenrijk'' op Herengracht 462 in de [[Gouden Bocht]], dat hij liet verbouwen met een nieuwe "zaal". In dat zelfde jaar gaf hij opdracht tot de verbouwing van twee panden op de Kloveniersburgwal/Rusland tot een deftig logement genaamd het ''Wapen van Amsterdam'', met een [[marmer]]en gang en dertig kamers. Bij het gebouw behoorde een veilingzaal. Het geheel zou pas in 1771 definitief gereed komen, maar schijnt al vanaf 1762 bezocht te zijn door buitenlanders.
Regel 22:
[[Bestand:Costados de Anselmo Braamcamp Freire.jpg|thumb|260px|Voorbeeldige tabel met het nageslacht van zijn broer Herman Braamcamp in Lissabon]]
In 1759 leende hij de [[Bertrand Philip Sigismund Albrecht van Gronsveld|Graaf van Gronsveld]] 10.000 gulden om een [[porselein]]fabriek in [[Weesp]] op te zetten. Braamcamp was in het bezit van en zilveren servies in [[Lodewijk XV-stijl]]. In 1767 werd hij koopman op Portugal genoemd. In 1768 kwam [[Willem V van Oranje-Nassau|Stadhouder Willem V]] met zijn vrouw en de [[Lodewijk Ernst van Brunswijk-Lüneburg-Bevern|hertog van Brunswijk]] op bezoek om de collectie te bekijken; in 1769 kwam de Corsicaanse vrijheidsstrijder [[Pasquale Paoli|Pascal Paoli]] langs om (opnieuw) zijn goede vriend [[James Boswell]] te treffen.
In 1766 verkocht hij een aantal schilderijen; er is een beroemde catalogus gedrukt, waarin 228 schilderijen zijn opgesomd, en met zijn portret op de voorpagina.<ref>http://beeldbank.amsterdam.nl/index.php?option=com_result&Itemid=9&qasked=1&qtype=nieuw&ve=1262315&view=1 </ref> In 1768 liet hij zijn tekeningen veilen. Toen hij ziek werd, besloot Braamcamp zijn gehele collectie te verkopen, maar stierf enkele weken voor de veiling plaats vond 31 juli 1771.<ref>Bille, C. (1961) De tempel der kunst, of, Het kabinet van den heer Braamcamp </ref> Er waren 12.000 toegangsbewijzen gedrukt en gedurende drie weken waren de kijkdagen; 20.000 mensen zouden langs zijn geweest. Op 6 augustus 1771 werden het zilverwerk, Chinees porselein en Japans lakwerk, etc. verkocht. Op ''27 January 1772 en volgende Dagen'' werd nog een inboedelveiling gehouden.<ref>Bille, C. (1961) De tempel der kunst, of, Het kabinet van den heer Braamcamp, p. 46. </ref> De schilderijen en zijn bezit aan onroerend goed waren meer dan een miljoen waard. De erfenis ging naar zijn neven in Portugal en de familie [[Henrico Staats|Staats]].<ref>Doopbewijs Stadsarchief [https://stadsarchief.amsterdam.nl/archieven/archiefbank/indexen/doopregisters/zoek/search.nl.pl?v1=&b1=&a1=sta*ts&r1=1&v2=&b2=&a2=klumper&r2=2&d1=&m1=&y1=&d2=&m2=&y2=&rs=0&x=52&y=12] </ref>
==Vrouw Maria==
[[Catharina II van Rusland|Catharina de Grote]] kocht een aantal werken, van [[Paulus Potter]] en [[Gerrit Dou|Gerard Dou]], die verloren gingen 9 oktober 1771 tijdens de zeereis van de [[Vrouw Maria]] naar Sint Petersburg.<ref>http://www.nba.fi/en/empress </ref> Al vanaf het vertrek had het kleine schip te maken met zware winden, storm en regen. In [[Helsingør]] had de kapitein de tol betaald en had de douane een beschrijving gemaakt van de lading die volgens de Deense registers bestond uit goederen als suiker, linnen, kaas, papier, [[Zink (element)|zink]] en [[Indigo (kleurstof)|indigo]]. Het kostbaarste deel van de lading dat bestemd was voor het keizerlijke hof van Rusland was niet beschreven. Misschien was het geheim of vonden de autoriteiten het niet nodig om vervoer voor vorstenhuizen, dat over het algemeen tolvrij was, te beschrijven. Het schip kwam begin oktober in een zware storm, sloeg stuk op een rots en zonk na enige tijd naar de bodem van de zee.
Het niet beschreven deel van de lading bestond uit circa 30 kostbare schilderijen van grote Nederlandse schilders als Rembrandt, Brueghel, Ter Borch, Jan Steen enz.<ref>http://home.planet.nl/~hend4909/nkc/nkc2009.htm </ref> Het wrak is gelocaliseerd en in Kopenhagen zijn papieren met de lading gevonden. <ref>http://www.abc.se/~pa/publ/vr_maria.htm </ref>
==Werken==
| |||