Immunoglobuline A: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
TXiKiBoT (overleg | bijdragen)
k robot Erbij: ar, ca, cs, da, de, es, fi, fr, id, it, ja, pl, pt
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
[[Bestand:Mono-und-Polymere.svg|thumb|right|100|Verschillende isotypes immunoglobuline, waaronder IgA]]
'''Immunoglobuline A (IgA)''' is een [[antilichaam]] [[isotype]] dat vooral wordt aangetroffen in mucosale secreties. De belangrijkste functie van dit antilichaam is het lichaam te beschermen tegen indringers van buitenaf, zoals bactieriën en virussen. De ingewanden produceren tussen de 3 en de 5 gram IgA per dag, wat het belang van van dit isotype antilichaam aangeeft bij de mucosale [[immuniteit]].
IgA heeft twee subtypes, te weten IgA1 en IgA2. Bovendien kan IgA voorkomen in zowel de normale monomere vorm alswel in een dimere vorm genaamd secretoir IgA (sIgA). In zijn secretoire vorm is IgA het belangrijkste antilichaam in mucosale secreties zoals tranen en speeksel en in secreties van de gastrointestinale organen, prostaat en respiratoir epitheel. Ook komt het in lage concentraties voor in het bloed. De secretoire component van sIgA beschermdbeschermt het antilichaam tegen afbraak door proteolitische enzymen waardoor het langer overleefd in het maag-darm systeem.
IgA is verder een slechte activator van het [[complementsysteem]] en is een zwakke opsonisator. De zware keten van IgA is van het type α.