Kritik der Urteilskraft: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Philip Habing (overleg | bijdragen)
Philip Habing (overleg | bijdragen)
geprobeerd om filosofische verhandeling om te buigen in alledaags taalgebruik.
Regel 43:
== De esthetische oordeelskracht ==
=== Het schone als voorwerp van het smaakoordeel ===
Kant noemt smaak het vermogen om het schoneschoonheid (met voorrang voor het natuurschoon boven de kunst) te beoordelen;. Ook oftewelwel: het vermogen om de mededeelbaarheid van gevoelens, die met een gegeven voorstelling (zonder bemiddeling van begrippen) verbonden zijn a priori te beoordelen. Het smaakoordeel is dus een [[esthetiek|esthetisch]] en geen kennisoordeel. Het betrekt een voorstelling d.m.v.door middel van de verbeeldingskracht op het (waarnemende) subject en op het gevoel van lust of onlust. De bepalingsgrond van hetHet smaakoordeel is dus subjectief.
 
Een analyse van het smaakoordeel levert het volgende beeld op:
* Het welbehagen dat aan het smaakoordeel ten grondslag ligt, is niet geïnteresseerd in (heeft geen belang bij) het bestaan-als-zodanig van het inals eenschoon concreteaangemerkt vormobject. (i.t.t.Bijvoorbeeld heteen verhevene,aardbei datis geenmooi vormbeperkingomdat kent)hij waargenomenrond en alsrood schoonis, aangemerktmaar objectniet omdat hij lekker smaakt. In dat laatste geval heb ik belang in de aardbei.)
* Subjectief wordt het schoneschoonheid voorgesteld alsof het eraan ten grondslag liggende welbehagen door iedereen (en dus niet als een privégevoel)zo wordt beleefd: Een subjectieve algemeenheid, een algemene mededeelbaarheid, die niet berust op een specifieke begripsmatige kennis van het object. Zij heeft betrekking op algemene (niet door denkcategorieën en oordelen beperkte) kennis, die het resultaat is van het vrije spel tussen verbeeldingskracht (het vermogen van de aanschouwingen a priori; het werktuig van de rede) en verstand (het vermogen der begrippen). De lust aan de harmonie van deze kenvermogens resulteert in esthetische lust.
* Deze tot lust leidende harmonie leidt er noodzakelijkerwijs toe het als schoon aangemerkte object door middel van de reflecterende oordeelskracht te beschouwen is alsof het doelmatig is;. eenEen subjectieve/formele doelmatigheid, maar zonder doel wegens het ontbreken van het hebben van belang bij het object. Deze subjectieve/formele doelmatigheid noemt Kant a priori.
* Omdat het welbehagen verondersteld wordt subjectief algemeen te zijn en het schone formeel doelmatig, is het welbehagen exemplarisch en voorwaardelijk noodzakelijk. Kant noemt dit de sensus communis van de smaak: Het gevoel in het smaakoordeel wordt als plicht aan eenieder toegedacht.
 
Dat Kant het schone het symbool noemt van de zedelijkheid, staat los van de brugfunctie, maar heeft alles te maken met zijn bedoeling om het primaat van de praktische rede te bevestigen.
 
=== Het smaakoordeel overbrugt de "kloof" richting verstand ===