Katherine Mansfield: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
Katherine Mansfield groeide op in Nieuw-Zeeland, in een dorpje nabij [[Wellington]], als dochter van een rijke koloniale handelaar annex bankier. In [[1903]] verliet ze Nieuw-Zeeland om drie jaar lang te gaan studeren aan het Queen's College in [[Londen]], gespecialiseerd in onderwijs en opvoeding van meisjes en jonge vrouwen. In [[1906]] keerde ze nog voor twee jaar terug naar haar geboorteland, kon niet meer aarden in het bekrompen koloniale milieu waar ze was opgegroeid, en vestigde zich vanaf [[1908]] definitief in Europa, allereerst in Engeland.
 
In [[1909]] huwde ze de tien jaar oudere musicus George Bowden om hem de volgende dag reeds te verlaten (zondrzonder dat iemand ooit duidelijk is geworden waarom). Zwanger van een andere man verbleef ze vervolgens enige maanden in het buitenland, waar ze een miskraam kreeg, en materiaal opdeed voor haar eerste verhalenbundel. Terug in Engeland knoopte Mansfield vriendschappen aan met modernistische schrijvers zoals [[D.H. Lawrence]] en [[Virginia Woolf]] en begon een relatie met de literatuurcriticus John Middleton Murry, met wie ze [[1912]] en [[1915]] de literaire bladen “Rhythm” en “The Blue Review” redigeerde.
 
De relatie met Murry verdiepte zich snel, maar was voor Mansfield nooit echt bevredigend vanwege een gebrek aan warmte en liefde. Ze bleef zich bovendien ontworteld voelen in Europa. Na de dood van haar broer in [[1915]] keerden haar gedachten terug naar haar jeugd en haar vaderland en schreef ze een serie korte verhalen met Nieuw-Zeeland als achtergrond, die tot haar beste werk horen: ''Prelude'' ([[1917]]), ''Gelukzalig en andere verhalen'' ([[1920]]) en ''Het tuinfeest'' ([[1922]]).