Belangrijke biologische factoren die van belang zijn voor een natuurgebied zijn de de invasie of explosieve uitbreiding van soorten. Zo wordt de [[braam (biologie)|verbraming]]) als ongewenst gezien, net als de opmars van de [[reuzenbereklauw]], een exoot uit Oost-Europa. Deze laatste soort wordt mechanisch en door inzet van [[grote grazers]] met weinig succes bestreden in het [[Kromslootpark]] in [[Almere]]. De aanpak van zogenaamde [[exoot|exoten]] of plaagsoorten kan ook gebeuren met de introductie van [[predator]]en of [[jacht (activiteit)|jacht]]. In de [[Duin (geografie)|duinen]] wordt [[helmgras]] geplant om het verstuiven van duinen te voorkomen en het nieuwe zand vast te leggen.
De natuurlijke vegetatie kan zich ook autonoom een bepaalde kant op ontwikkelen waardoor vanvanuit het oogpunt van natuurbeheer gewenste soorten verdwijnen. Tot 1980 was het niet ongebruikelijk om deze zogenaamde [[Successie (ecologie)successie]] terug te draaien door het verbranden van de vegetatie. Op dit moment zijn er twijfels over het succes van deze praktijk. Nu blijkt echter met name de [[kleine wrattenbijter]] juist voorkomt in dit soort gebieden.
