Hans Hermann Groër: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Retep66 (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Retep66 (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3:
 
Van 1986 tot 1995 was hij de [[aartsbisschop]] van Wenen; tevens was hij [[kardinaal (geestelijke)|kardinaal]].
De benoeming door [[Paus Johannes Paulus II]] was een volslagen verrassing, na het dertigjarige bewind van [[kardinaal]] [[Franz König]], die het bisdom een krachtig, persoonlijk stempel had gegeven, net als overigens diens voorganger kardinaal [[Theodor Innitzer]] (ondanks diens aanvankelijke dwepen met de [[Anschluss]] en de [[Führer]]) had gedaan. Groër was in Wenen een onbekende, een man die zich in zijn priesterleven vooral aan het herstel van het [[Maria]]bedevaartsoord [[Roggendorf]] had gewijd, in de geest van het [[Portugal|Portugese]] [[Fatima]].
 
Groër was in zijn jongere priesterjaren eerst verbonden aan [[seminarie]]s en aan de [[padvinderij]]; pas veel later, in 1974, wenddetrad hij zichin totbij de [[benedictijnen]] waar hij zijn intrede deed.
 
Pas toen zijn termijn als bisschop er zonder veel opzien te baren vrijwel opzat werd Groër in [[1995]] door verschillende oud-[[seminarist]]en en oudleerlingen aangeklaagd voor [[seksueel misbruik]] van minderjarigen. De beschuldiging werd onder meer geuit door Joseph Hartmann, een oudleerling van een kostschool waar Groër werkte. Hartmann reageerde op Groërs felle uithaal naar mensen die het tegenwoordig niet zo nauw namen met de [[seksueel|seksuele]] [[moraal]] van de Kerk. Een anti-Groër-petitie ('''Kirchenvolksbegehren''') met een half miljoen handtekeningen volgde. Groër bracht met dat al ook heftige verdeeldheid in het Oostenrijkse bisschoppencollege waarvan hij de voorzitter was. De Oostenrijkse bisschoppen kwamen tot de conclusie dat Groërs positie onhoudbaar was.