Koninklijk Paleis van Sevilla: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 14:
Het '''Koninklijk Paleis van Sevilla''' ([[Spaans]]: ''Alcázar Real de Sevilla'' of ''Reales Alcázares de Sevilla'') is een koninklijk paleis in de [[Spanje|Spaanse]] stad [[Sevilla (stad)|Sevilla]]. ''[[Alcazar (vesting)|Alcázar]]'' is een Spaans woord voor (versterkt) kasteel, afgeleid van het [[Arabisch]]e القصر, ''al-qasr'', dat "vesting", "slot" of "paleis" betekent.
 
Het paleiscomplex is waarschijnlijk het oudste koninklijk paleis van Europa dat nog steeds als zodanig in gebruik is. Het is één van de beste voorbeelden van [[Mudéjar]]-architectuur, een bouwstijl in het door de christenen veroverde Spanje die sterk beïnvloed was door de voorgaande [[Moren|Moorse]] cultuur. Het Alcázar werd, samen met de [[kathedraal van Sevilla]] en het [[Archivo General de Indias]], in 1987 op de [[Werelderfgoedlijst]] geplaatst.
 
Oorspronkelijk stond op de plek van het Alcázar een [[Romeinse Rijk|Romeins]] en later [[Visigoten|Visigotisch]] fort. In 913 gaf [[Abd-ar-Rahman III]], de eerste [[kalief]] van [[Al-Andalus]], opdracht tot de bouw van een kasteel op de plek. In de 11e eeuw liet [[Al-Moetamid]], de laatste koning van de [[Abbadiden]]-dynastie, het kasteel uitbreiden tot een paleis met de naam Al-Moewarak. Na de overwinning van [[Alfons X van Castilië]] op de Moren in de 14e eeuw liet Alfons het paleis verder uitbreiden. Koning [[Peter I van Castilië]] gaf opdracht tot de bouw van een nieuw paleis op de locatie. De bouw van deze Alcázar begon in 1364. Peter gebruikte veel Moorse bouwmeesters, die het rijk versierde paleis een duidelijk Moorse stijl gaven. Het Alcázar werd verder uitgebreid door latere koningen. Zo voegde keizer [[Karel V van het Heilige Roomse Rijk|Karel V]] in de 16e eeuw elementen in [[gotiek|gotische]] en [[Renaissance]]-stijl toe aan het paleis.