Computerterminal: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k robot Erbij: ms:Terminal komputer |
k robot Eraf: es:Terminal de computadora; cosmetische veranderingen |
||
Regel 1:
Een '''computerterminal''' (of kortweg '''terminal''') is een toestel, waarmee een [[computer]] op afstand [[Mens-computerinteractie|interactief]] is te bedienen.
De eerste versies waren grotendeels mechanisch. Ze hadden een typemachinetoetsenbord, drukten af op [[kettingpapier]] of op een gewone papierrol (friction-feed) en het opslagmedium was [[ponsband]].
Via een [[seriële verbinding]] ([[RS-232]]) werd op de rol geschreven wat het mainframe naar de terminal stuurde, terwijl de gegevens van het toetsenbord naar het mainframe verstuurd werden.
[[
Met de komst van de [[microprocessor]], rond 1974, werd een elektronische versie van de teletype betaalbaar. De papierrol werd vervangen door een beeldscherm, de ponsband door computergeheugen. Maar het apparaat was aanvankelijk nog niet veel meer dan een typemachine op afstand.
Regel 11:
Deze 'domme' terminal stond model voor de [[invoer (automatisering)|in-]] en [[uitvoer (automatisering)|uitvoer]] van de [[personal computer]]. Bij de ontwikkeling van de personal computer is het toetsenbord, het beeldscherm van 24 (of 25) regels bij 80 kolommen en de seriële poort eenvoudig van de terminal overgenomen. Ook nu nog is de toets '[[Scroll Lock]]' op het toetsenbord aanwezig. Bij de terminal was die nodig om even de tekst te stoppen als die te snel over het scherm rolde (een muis was er toen nog niet). Het bedienen van de computer gebeurde via de [[opdrachtregelinterface]].
In het begin kon een terminal alleen maar tekst weergeven. Het scherm gaf alle tekst [[monochroom]] weer, meestal in groen, amber of wit, afhankelijk van het type [[Fosforescentie|fosforiserende]] laag van de [[Kathodestraalbuis|beeldbuis]]. Als zo'n terminal dag en nacht aanstond, kon de tekst inbranden in de fosforiserende laag. Daarom kon er een klein programma gedraaid worden dat bijvoorbeeld de tijd op steeds verschillende plaatsen op het scherm liet zien. Zo'n programma wordt [[schermbeveiliging]] genoemd.<br />
Latere versies van de terminal konden ook grafieken weergeven, daarna kwamen er ook kleurenterminals.
Een moderne personal computer kan ook als terminal gebruikt worden met behulp van een programma zoals 'Kermit' of 'Hyperterminal', dit werd tussen 1985 en 1998 gebruikt om contact te maken met een [[Bulletin board system|BBS]].
Met de komst van het [[X Window-systeem]] in [[1986]] werd het mogelijk ook grafische terminals te bouwen. Zo'n terminal is veel complexer dan een tekstterminal en daarom zal er ook intern toch een klein computertje aanwezig zijn om het geheel te besturen. Hoofdzaak van zo'n terminal is echter nog steeds het werken op een andere computer.
Regel 20:
Door de opkomst van [[Linux]] en kleine goedkope hardware is het tegenwoordig aantrekkelijk geworden grafische terminals te bouwen op basis van standaardcomponenten en [[opensourcesoftware]].
Ook in [[Microsoft Windows|Windows]] is dit principe mogelijk. Het bedrijf [[Citrix]] is begonnen met het principe 'Dikke server - dunne clients'. Alle programma's draaien op een centrale, zwaar uitgevoerde Windowscomputer. Op de werkstations draait een grafisch terminalprogramma. Op deze manier kunnen zelfs op zwaar verouderde werkstations de modernste programma's worden uitgevoerd, met een normale snelheid. Een [[bandbreedte]] van 50 kb/s per werkstation is meestal genoeg, waardoor een ISDN- of telefoonverbinding al voldoende capaciteit biedt. Zij het dat programma's met veel beeldwisselingen, zoals videofilms, minder goed werken. Het systeem werkt wel prima bij normale kantoortoepassingen.
== Thin client ==
Regel 38:
[[de:Terminal (Computer)]]
[[en:Computer terminal]]
[[fi:Pääte]]
[[fr:Terminal informatique]]
|