Bijvoeglijke bijzin: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
Een '''bijvoeglijke bijzin''' is een [[bijzin]] die dienst doet als [[bijvoeglijke bepaling]]. Net als elke bijvoeglijke bepaling bij voorkeur onmiddellijk voor of na het woord waar het naar verwijst (het [[antecedent]]) geplaatst.
 
Daarbij kan eenEen bijvoeglijke bijzin kan beperkend of uitbreidend zijn met betrekking tot het antecedent. Vergelijk ter illustratie de volgende twee zinnen[http://taaladvies.net/taal/advies/term/21/]:
Een [[niet-beknopte bijzin]] kan in principe allerlei grammaticale functies vervullen: die van onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp etc. Dit soort bijzinnen wordt meestal ingeleid door een [[vragend voornaamwoord| vraagwoord]], een van de voegwoorden ''dat'' of ''of'', of een [[betrekkelijk voornaamwoord]] met ingesloten antecedent:
 
*''Dat hij komt'' is duidelijk.
*''Of hij komt'' is niet duidelijk.
*''Wat waar is'' moet gezegd worden.
* Ik weet niet ''wanneer / of hij komt'', etc.
 
Daarbij kan een bijvoeglijke bijzin beperkend of uitbreidend zijn met betrekking tot het antecedent. Vergelijk ter illustratie de volgende twee zinnen[http://taaladvies.net/taal/advies/term/21/]:
 
*De eik, ''die al eeuwen oud is'', is door de bliksem geveld. (uitbreidende bijvoeglijke bijzin: het gaat over één eik, waarover twee dingen worden gezegd)