Nicolaas Capocci: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Robbot (overleg | bijdragen)
k Botgeholpen doorverwijzing: Kanselier - Verwijzing(en) gewijzigd naar kanselier (historisch)
Mosellanus (overleg | bijdragen)
lf
Regel 1:
'''Nicolaas Capocci''' (gestorven in [[Monte Falcone]] of [[Montefiascone]], [[26 juli]] [[1368]]) was een Italiaans [[Kardinaal (geestelijke)|kardinaal]], tevens [[bisschop]] van [[Sticht Utrecht|Utrecht]] in [[1341]]. Zijn naam komt in Nederlandse bronnen in vele varianten voor, zoals Capucci, Caputio, Caputino, Caputiis, of Capitius. Zijn Italiaanse naam was echter Capocci.<ref>Ook in een nieuwe publicatie van Jonker-Klijn en Roks, ''De bisschoppen van Utrecht van 690 tot 1581'' (Utrecht, 2008), is zijn naam helaas verhaspeld.</ref>
 
Nicolaas was een edelman uit een vooraanstaand [[Rome (stad)|Romeins]] geslacht. Hij studeerde rechten in [[PerugiaUniversiteit (stad)van Perugia|Perugia]], werd [[kanunnik]] in [[Terwaan]] en verbleef als [[kanselier (historisch)|kanselier]] van de koning van Frankrijk enige tijd in [[Parijs]]. Hij was later auditor van de [[Sacra Rota Romana|Rota]] in Rome en gunsteling van [[paus Benedictus XII]]. Deze benoemde hem in januari 1341 tot bisschop van Utrecht, maar door het verzet van de Utrechtse [[kapittel]]s, die [[Jan van Bronkhorst]] op de zetel wilden zien, deed hij nog in hetzelfde jaar afstand van zijn bisdom. Hij had zich in Utrecht overigens slechts laten vertegenwoordigen door een [[vicaris]].
 
Capocci was vervolgens van [[1348]] tot [[1351]] bisschop van [[La Seu d'Urgell|Urgel]] en daarna van [[Frascati]]. In [[1350]] werd hij door [[paus Clemens VI]] tot [[kardinaal (geestelijke)|kardinaal]] verheven. Hij bleef echter ook banden onderhouden met het [[Sticht Utrecht|Sticht]], want in [[1350]] ontving hij de [[proost]]dij van [[Deventer]].
 
In [[1356]] was hij opnieuw in Parijs, het jaar daarop in [[Londen]], om als pauselijk [[diplomaatpauselijk legaat]] te bemiddelen in de [[Honderdjarige Oorlog]] tussen Engeland en Frankrijk. Zijn inspanningen hadden echter geen enkel succes. In 1361 bouwde hij een eigen huis in Perugia, waar hij een jaar later het Collegium Gregorianum of 'Sapienza Vecchia' stichtte voor veertig theologiestudenten (later de theologische faculteit van de universiteit). Hij werd begraven in de [[Basiliek van Maria de Meerdere|Basilica di Santa Maria Maggiore]] in Rome.
 
{{referenties}}