'''Euthydemus''' (Euthydemos), daterend van zo rond [[380 v.Chr.]], is een door [[Plato (filosoof)|Plato]] geschreven [[socratische dialoog|dialoog]], waarin de auteur op [[satire|satirische]] wijze de [[drogreden]]en van de [[Sofistiek|Sofisten]] aan de kaak stelt. De dialoog beschrijft een bezoek door [[Socrates]] en diverse jongeren aan twee broers, Euthydemus en [[Dionysodorus]], beiden prominente [[Sofistiek|Sofisten]]. Het voornaamste doel van deze dialoog is om de [[Socrates|socratische]] manieren van onderwijs en argumentatie te contrasteren met die van de [[Sofistiek|Sofisten]], dit ten nadele van de Sofistiek. Zoals in veel van de [[Socratische dialoog|socratische dialogen]] waren de Sofisten met wie Socrates dit filosofische twistgesprek voert, Euthydemus en [[Dionysodorus]], echt bestaande personen. Euthydemus was op het moment dat de dialoog werd geschreven bekend en wordt meerdere malen genoemd door zowel Plato als [[Aristoteles]]. Dionysodorus wordt vermeld door [[Xenophon]]. De dialoog contrasteert Socrates "waterdichte logica en de rustige, hoffelijke manier van argumenteren" scherp met de arrogantie en logische trucs van de beide broers. Door de gehele dialoog heen proberen Euthydemus en Dionysodorus voortdurend om Socrates met misleidende en betekenisloze argumenten te verstrikken, om op deze wijse hun [[filosofie|filosofische]] "superioriteit" aan te tonen.
