Trekproef: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k vorm (niet af)
vorm (niet af)
Regel 11:
Het materiaal verstevigt. Alle metalen vertonen dit gedrag in min of meerdere mate. Op een zeker moment bereikt, tijdens de trekproef, de opgelegde belasting een maximum. Voor dit maximum is de vervorming van de proefstaaf gelijkmatig verdeeld over de staaf. Bij vrijwel gelijkblijvend volume van de staaf wordt de toenemende lengte gecompenseerd door een afnemende diameter (=dwarscontractie). Voorbij het maximum wordt de deformatie lokaal (meestal het midden van de staaf). De staaf begint in te snoeren bij dalende belasting. Het einde van de proef wordt gemarkeerd door het met een luide knal breken van de staaf.
 
Het verloop van een trekproef wordt vaak in een grafiek weergegeven waarbij verticaal de nominale spanning [σ0σ<small>0</small>= F/A0<math>A_0</math>] wordt uitgezet en horizontaal de relatieve verlenging [=[[rek (fysica)|rek]] van de proefstaaf [ε = ΔL/L0<math>L_0</math>].
 
De nominale spanning is de opgelegde belasting in Newtons, gedeeld door de oorspronkelijke dwarsdoorsnede van de proefstaaf in mm2mm². Rek is gedefinieerd als de gemeten verlenging gedeeld door de beginlengte van de proefstaaf.
 
Uit een trekproef worden materiaaleigenschappen verkregen welke vooral voor de ontwerper van belang zijn, zoals Elasticiteitsmodulus, Elasticiteitsgrens (vloeigrens, 0,2%rekgrens), Treksterkte (UTS=Ultimate Tensile Strenght), Breekrek (zie verder [[spanning-rekdiagram]]).