Loge Frédéric Royal: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
J. Raphaël (overleg | bijdragen)
Regel 7:
De naam van de Loge kan verklaard worden doordat de stichtingsdatum ten tijde van de [[zevenjarige oorlog]] valt. Toentertijd zag zowel het [[protestantse]] als het meer voor de [[Verlichting]] openstaande deel van de bevolking van Europa in de Pruisische koning en vrijmetselaar [[Frederik II van Pruisen|Frederik II]] de beschermer van haar geloof en levensbeschouwing. De leden van Frédéric Royal moeten die visie hebben gedeeld toen zij hun Loge naar Frederik II hebben vernoemd.
 
Er zijn aanwijzingen dat Frédéric Royal een voortzetting was van de loge ''[[d'Orange]]'', een loge die in [[1748]] was opgericht.<ref name="Overzicht van Loges">Kwaadgras, E. (red.) et al. (2003). ''Overzicht van Loges die onder het Grootoosten der Nederlanden en zijn voorlopers gewerkt hebben of werken.'' Den Haag: Orde van Vrijmetselaren onder het Grootoosten der Nederlanden.</ref> Al veel eerder bestond de vrijmetselarij in Rotterdam. Dit blijkt uit een brief uit januari 1736 van de ''[[burgemeester]]en'' van Rotterdam aan de ''[[Hoogmogende Heeren]]'' te [[Den Haag]]. In deze brief verklaren zij dat na vijf ''vrije Metzelare'' gehoord te hebben zij concluderen dat al meer dan veertien jaren ''Vrije Metzelaren'' te Rotterdam samenkomen.
 
De vroege opkomst der vrijmetselarij heeft als oorzaak een beïnvloeding door Engelsen die daar woonden. Rotterdam had eind zeventiende en begin achttiende eeuw de bijnaam Little [[Londen|London]]. Veel Engelsen en Schotten woonden rond de [[Scheepmakerskade]]. Daar kwam eind zeventiende eeuw een genootschap samen in het huis van de [[Quaker]] [[Furley]] onder de naam [[Lanterne]].