Inhibitie (scheikunde): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
CarsracBot (overleg | bijdragen)
k Botgeholpen doorverwijzing: Affiniteit - Verwijzing(en) gewijzigd naar Chemische affiniteit
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 16:
 
=== Inhibitie van biochemische reacties ===
Sterk vereenvoudigt kan men stellen dat een enzym en het [[Substraat (biochemie)|substraat]] binden volgens het [[sleutel-slotsleutelslot principe]] om een tijdelijk [[enzym-substraatenzymsubstraat complex]] te vormen. Het substraat heeft precies de juiste ruimtelijke vorm om aan de actieve plaats van het enzym te binden. In werkelijkheid heeft het substraat van een enzymeenzym een goede [[Chemische affiniteit|affiniteit]] met het [[actief centrum]]. Bij adsorptie op het actief centrum zal de eiwitketen zodanig in een vorm gedwongen worden dat er een biochemische reactie optreedt. Bij [[biochemie|biochemische]] reacties kan men hierbij twee soorten inhibitie onderscheiden:
*competitieve inhibitie
*niet competitieve inhibitie
 
Een '''competitieve inhibitor''' [[adsorptie|adsorbeert]] op de actieve plaats van het enzym waar het substraat had moeten reageren. Een goede competitieve inhibitor heeft een hogere afiniteitaffiniteit voor het actief centrum, waardoor het subtraatsubstraat volledig wordt verdrongen. Een minder goede inhibitor heeft veelal een lagere affiniteit voor het actief centrum en kan relatief gemakkelijk van het actief centrum weggehouden worden door een overmaat aan substraat.
<!-- is wel een goed voorbeeld, maar niet van een reactie: Een voorbeeld hiervan is de binding van [[cyanide]] op het heemcomplex van [[hemoglobine]] waardoor dit eiwit in de rode bloedcellen geen zuurstof meer kan vervoeren (CN<sup>-</sup> heeft een veel hogere affiniteit voor het heemcomplex dan O<sub>2</sub>). -->
 
[[Afbeelding:Comp inhib.png|thumb|550px|center|(a) Reaction: Het substraat bindt met de actieve plaats van het enzym. De reactie vindt plaats en de reactieproducten worden gevormd. (b) Inhibition: De inhibitor bindt met de actieve plaats van het enzym. De inhibitor voorkomt nu de binding van het substraat aan de actieve plaats.]]
 
Een '''niet competitieve inhibitor''' reageert met of bindt op een andere plaats dan het actief centrum van het enzymeenzym. Hierdoor vervormt de actieve plaats van het enzym zodanig dat het substraat niet goed meer kan binden.
 
[[Afbeelding:Noncompetatieve_inhibitor.png|thumb|550px|center||(a) Reaction: Het substraat bindt met de actieve plaats van het enzym. De reactie vindt plaats en de reactieproducten worden gevormd. (b) Inhibition: De inhibitor bindt met de inhibitorplaats van het enzym en vervormt de structuur van de actieve plaats. Het substraat zou nog kunnen binden met het enzym, maar de reactie is gehinderd.]]