Hertogdom Bar: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 38:
Het rijke graafschap Bar was een rivaal van het op kleine leest geschoeide hertogdom Lotharingen. Centra van de grafelijke macht waren: Bar-le-Duc, Gondrecourt, de voogdij St-Mihiel, Amance, Mousson aan de Moezel en tenslotte het uitgebreide bezit rond Briey met Thionville.
 
Toen het graafschap Champagne in 1284 in het bezit van de koning van Frankrijk kwam, ontstond er al snel een conflict rond het beschermingrecht over Beaulieu. Graaf Hendrik III verbond zich met koning [[Eduard I van Engeland]] en fungeerde als rijksvicaris van koning [[Adolf van Nassau]] in het Lotharingse grensgebied. Na de beéindigingbeëindiging van de oorlog tussen Engeland en Frankrijk moest graaf Hendrik III zich in 1301 onderwerpen en zijn gebieden op de linker Maasoever van Frankrijk als leen nemen (Nouvelle Reprise, later Barrois mouvant). Sindsdien oriënteerden de graven hun politiek op Frankrijk.
 
Door de minderjarigheid van graaf Eduard I (1302-1337) maakte het graafschap een moeilijke periode door. De jonge graaf werd aan het Franse hof opgevoed en werd in 1320 uitgehuwlijkt aan Maria van Bourgondië. Hij overleed als kruisvaarder op Cyprus.
De vroeg overleden graaf Hendrik IV (1337-1344), die gehuwd was met Jolanda van Vlaanderen, liet twee zonen na:; Eduard II overleed vroeg en de grafelijke waardigheid viel toe aan Robert I (overleden in 1411). Jolanda oefende meer dan tien jaar het regentschap uit en voerde een expansieve en oorlogszuchtige politiek.
 
Op 13 maart 1354 werd Luxemburg door keizer [[Karel IV van het Heilige Roomse Rijk|Karel IV]] tot hertogdom verheven. Op dezelfde dag werden de delen van het graafschap Bar die nog onder het Heilige Roomse Rijk vielen tot [[markgraafschap Pont-à-Mousson]] verheven. Daardoor werden de graven van Bar als heer van de stad Pont-à-Mousson rijksvorst. Dit alles veranderde echter niets aan de pro-franse politiek van de graven. Nog in hetzelfde jaar 1354 nam Jolanda voor haar zoon de titel hertog van Bar aan, waardoor de graaf gelijk in rang werd aan een pair van Frankrijk.
 
Hertog Robert regeerde zijn hertogdom op een bekwame wijze. Zijn zoon hertog Eduard II sneuvelde in 1415 in de [[slag bij Azincourt]]. Het hertogfom viel toen aan zijn broer, kardinaal Lodewijk, [[prinsbisdom Verdun|bisschop van Verdun]] (overleden in 1430). Deze adopteerde zijn achterneef, René van Anjou. René werd in 1419 mede-hertog van Bar en in 1431 na het overlijden van zijn schoonvader, hertog van Lotharingen. Dit leidde tot de vereniging van Bar met Lotharingen.
 
Nadat het hertogdom Bar in beslag genomen was door koning Lodewijk XI van Frankrijk duurde het tot 1476 dat Bar aan hertog [[René II van Lotharingen]] (hertog sinds 1473) werd overgedragen.