Masoreten: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
afb naast de tekst - niet erboven
kromme zin aangepast
Regel 1:
[[Afbeelding:Example of biblical Hebrew trope.svg|thumb|400px|'''Gen. 1:9 En God zei, "Laat het water worden samengebracht".'''<br>'''De letters zijn zwart, <font color="#CC0000">klinkertekens rood</font>, <font color="#008000">en voordrachttekens groen.</font>''']]'''Masoreten''' (of '''Masorethen''', [[Hebreeuws]]: ''ba'alei hamasorah'', בעלי המסורה) (''"overleveraars"'') waren [[Middeleeuwen|Middeleeuwse]] [[joden|joodse]] geleerden in [[Palestina]] en [[Babylon (Babel)|Babylon]], die de Hebreeuwse [[Hebreeuwse Bijbel|Bijbel]] voorzagen van klinker- en voordrachttekens en andere aantekeningen, de zogenaamde ''[[Hebreeuws alfabet|nikud]]'' en ''[[teamim]]''. Het was hun bedoeling om de tekst van [[uitspraak (taal)|uitspraaktekens]] te voorzien.
 
De Joodse Bijbel (door christenen het [[Oude Testament]] genoemd) is geschreven in het [[Hebreeuws]] (met uitzondering van enkele stukken in het [[Aramees]]). Gedurende de laatste twee eeuwen voor Christus gingen de Joden in hun land (ongeveer het huidige [[Israël]]) meer en meer Aramees spreken en werd dus het Hebreeuws meersteeds en meer niet meerminder goed beheerst. De [[rabbijn]]en bleven echter het Hebreeuws steeds goed beheersen en gebruiken voor onderlinge contacten. Omdat het Hebreeuwse schrift, ruw gezegd, een medeklinkerschrift is, ontstond er langzamerhand discussie over en zorg om de juiste uitspraak en daarmee ook interpretatie van de tekst.
 
Er werd een systeem ontwikkeld van klinkertekens en voordrachttekens, bestaande uit puntjes en streepjes, die onder en boven de eigenlijke letters (medeklinkers dus) geschreven werden. De Masoreten hebben zich intensief met deze ontwikkeling bezig gehouden. Daarbij moesten ook bepaalde grammaticale eigenschappen van de taal worden vastgelegd. In de tiende eeuw van de gewone jaartelling is de definitieve versie van de aldus ‘gepunctueerde’ tekst in [[Tiberias]] vastgelegd door Ben Asjer en Ben Naftali. Deze tekst wordt de Masoretische tekst genoemd.