Meine Seufzer, meine Tränen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
RobotE (overleg | bijdragen)
k Robot-geholpen doorverwijzing: Terts - Link(s) veranderd naar Terts (muziek)
k Links fix met AWB
Regel 1:
'''Meine Seufzer, meine Tränen''' (BWV 13) is een [[religie|religieuze]]uze [[cantate]] van [[Johann Sebastian Bach]].
 
==Programma==
Deze cantate paste bij de tweede zondag na [[Driekoningen|Epifanie]] en weerklonk voor het eerst op 20 januari 1726 te [[Leipzig]]. Daarmee behoort deze cantate tot de derde [[cantatejaargang]].
 
Deze cantate behoort tot de zogenoemde Kerstkring van het [[kerkelijk jaar]] die loopt van de 1ste [[Advent]]szondag tot de 4e zondag na [[Driekoningen|Epifanie]] of Driekoningen. Daarna start de Paaskring omvattende 50 dagen voor en 50 dagen na [[Pasen]].
 
==Tekst==
Regel 23:
 
==Toelichting==
"Mijn zuchten, mijn tranen"... worsdt wel gezien als de jammervolste en smartelijkste uit geheel Bachs cantatewerk. De cantate zit vol met schrijnende akkoorden met onopgeloste [[dissonantie (muziek)|dissonanten]] op de gewichtigste momenten van elke maat. De zangpartijen in deze niet aflatende klacht zit vol beladen [[Interval (muziek)|intervallen]]: verminderende en overmatige [[secunde|secunde]], de overmatige [[kwint]] en verminderde kwintsprongen. De val met een verminderende [[septiem]] is als een onzekere sprong in de duisternis, zonder vaste grond. Dit alles brengt de zanger tot radeloosheid en diepe smart met beken vol tranen. Dit zuchten, kreunen en klagen vertaalt zich bij Bach ook in de gerichte aanwending van het intstrumentarium:
* de jachthoorn (oboe da caccia) staat in het eerste vers op zichzelf tegenover twee blokfluiten, de baslijn en de tenorstem; zijn eenzame partij lijkt op een niet aflatende tranenvloed
* in het koor van vers drie veranderen de stijkers het zuchten (Seufzer) tot korte figuren van hoop: de duisternis van f kleine [[Terts (muziek)|terts]] gaat wijken voor het hoopvolle licht van F grote terts