VOC-Kamer Amsterdam: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Rmgs (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Rmgs (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 4:
Op 10 maart [[1595]] was het de [[Compagnie van Verre]] die de eerste schepen naar de Oost zond, dit naar aanleiding van de publicaties van [[Jan Huygen van Linschoten]] over de ''geheime'' vaarroutes van de [[Portugal|Portugezen]]. De nieuwe compagnie verkreeg hiermee een stedelijk monopolie. Vóór de totstandkoming van de [[Vereenigde Oostindische Compagnie|VOC]] in [[1602]] rustte deze nog slechts één expeditie uit.
 
De kamerkamers te Amsterdam en de kamer te Middelburg waren de ''de Hoofdkantoren'' van de VOC. Aan het VOC bestuur - [[Heren XVII|De heren 17]] - leverde het college van Amsterdam doorgaans acht vertegenwoordigers. De VOC werd door de Heeren XVII, afwisselend, bestuurd vanuit Amsterdam en Middelburg. Deze vergaderingen vonden zes jaar achtereen in Amsterdam en daarna twee jaar in Middelburg plaats.
 
In [[1603]] werd een deel van het stedelijk [[Bushuis|geschutmagazijn]] aan de [[Kloveniersburgwal]] van de stad gehuurd om als pakhuis te gebruiken. Een jaar later werd begonnen met de bouw van het [[Oost-Indisch Huis (Amsterdam)|Oost-Indisch Huis]]. Nog een jaar later werd het gehele complex haar eigendom.