Seba: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Jeroen (overleg | bijdragen)
deze niet gequote qutoe is natuurlijk veel te lang om geen auteursrechten te schenden; daarom genoodzaakt om het te verwijderen
Regel 2:
De exacte locatie is niet bekend, men vermoedt dat het in [[Ethiopië]] of [[Jemen]] gelegen zou hebben, of dat (deel van) het huidige Ethiopië en Jemen deel uitmaakten van dit rijk.
 
{{beg|1=oudheid}}
----
 
'''HET VERHAAL VAN DE KONINGIN VAN SHEBA VOLGENS DE ETHIOPISCHE OVERLEVERING.'''
:::Volgens de christelijke overlevering werd de noordelijk gelegen Ethiopische provincie Tigre, gedomineerd en vereerd door de bloeddorstige draak Aroué, die de nu nog bestaande rots Taman-Zauweo bewoonde, in de buurt van [[Aksum]]. Hij kon alleen in bedwang worden gehouden door hem regelmatig te voeden uit een voorraad jonge meisjes, geiten en melk. Totdat de jeugdige held Agabos verscheen. De bevolking beloofde zijn koningschap te aanvaarden, indien hij erin zou slagen de draak te vernietigen. Natuurlijk lukte hem dat. Na een lange regeerperiode wordt hij opgevolgd door zijn dochter Makeda, die op dat moment koningin van Sheba is. Als zij van een oosterse zakenman verneemt, dat er in Jeruzalem een koning Salomo regeert, beroemd om zijn grote wijsheid, besluit ze hem een bezoek te brengen. Wellicht kon hij ook een oplossing bedenken voor haar voetklachten. Ze droeg immer elegante, tot op de grond afhangende rokken, omdat ze als meisje ooit in een plas drakenbloed was gestapt, waardoor haar voetjes tot ezelshoefjes waren vergroeid.
 
:::Haar verblijf aan het hof in Jeruzalem duurt lang genoeg om zwanger te geraken van de wijze koning Salomo, grondlegger van de dynastie der Salomonieden. Op de heenreis nog heiden, keert Makeda terug als dochter van Israël naar haar rijk, dat zich volgens deze overlevering al in de 10e eeuw vóór onze jaartelling uitstrekte aan beide zijden van de Rode Zee. Nog vóór het einde van de terugreis schenkt ze het leven aan haar eerstgeboren zoon Bayna-Lehkem, later verbasterd tot Menelik , dat ‘zoon van de wijze man’ betekent. In haar gevolg reizen 1000 afgevaardigden van elk der 12 stammen van Israël mee. Dat de sage van de koningin van Sheba in Ethiopië nog springlevend is, blijkt uit vele oude en recentere schilderstukken.
 
Anfray (Francis), ''Les anciens Éthiopiens'', Paris, Armand Collin, 1990, p.65
 
Koninklijke Instituut voor de Tropen, ''Ethiopië, de erfenis van een keizerrijk, beelden en verhalen'', Koninklijk Instituut voor de Tropen, 1998
 
 
:::Hoe zit het nu met die Ark des Verbonds, die tot op de dag van vandaag in de noordelijke stad Aksum zou zijn verborgen. Welnu, de god Jahwe had voorzien dat de joden in de toekomst de Ark des Verbonds, waarin de goddelijke wetten in stenen tafelen gebeiteld lagen, niet voldoende bescherming zouden kunnen bieden, omdat ze uit hun land zouden worden verdreven en in de diaspora zouden geraken. Jahwe maakte Salomo deelgenoot van zijn zorgen. Deze besloot zijn zoon Menelik, die op 22-jarige leeftijd naar Jeruzalem was teruggekeerd en daar gedurende drie jaar de wetten van Mozes had bestudeerd, terug te zenden naar zijn moeder met een kopie van de Ark en de tafelen, voor het geval dàt. Menelik, intussen tot koning gezalfd onder de naam David II, vergist zich echter deerlijk en gaat op weg naar Aksum met de originele stenen tafelen, die Mozes zelf na een verblijf van veertig dagen op de top van de berg Sinaï van Jahwe had ontvangen.
 
:::Andere versies verhalen, dat Menelik zonder zijn vader te raadplegen terugkeerde naar zijn moeder met medeneming van de Ark. Salomo deed nog een poging om de dief terug te halen, maar Menelik was de grens van het rijk al gepasseerd en dus keerden de eropuit gestuurde soldaten onverrichter zake terug. Salomo stond erop dat alle betrokkenen het grootste stilzwijgen zouden bewaren over de ‘verplaatsing’ van de Ark. Mozes zelf zou daarmee wellicht ook vrede hebben, hij was immers getrouwd met een Ethiopische. Of de Ark rechtstreeks in Aksum arriveerde, of eerst een aantal eeuwen op andere plaatsen, zoals Yeha, verborgen werd gehouden, is afhankelijk van de verteller van het verhaal.
 
Brooks, M., ''Kebra Nagast'', [The Glory of Kings], Red Sea Press, Inc., 4e druk, 2002
 
[[Categorie:Ethiopië]]