Charivarius: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Soczyczi (overleg | bijdragen)
→‎Charivari(a): zie overleg
Soczyczi (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 18:
==Kritiek==
Hoe populair Charivarius ook was, van "officiële zijde", die van de neerlandici, werd hij nauwelijks serieus genomen en als een kwakzalver beschouwd. Zo schreef de bekende taalkundige prof. [[Gerlach Royen]] (aangehaald in "Taalrapsodie", Bussum, 1953): "Taaldilettanten die aan zinnen als: "Een menigte mensen waren op de been", menen te moeten dokteren – zulke taaldokters lopen er bij bosjes rond – die taalprutsers hebben er geen flauw besef van, dat de spraakmakende gemeente zonder spraakkunst veel fijnere taalschakeringen kent, dan die welke schoolmeesters aan grammatizerende logika toetsen. Van Charivariussen en konsorten verlos ons Heer!"
 
==Berijmd proza==
Naast zijn taalrubriek publiceerde Charivarius in genoemd weekblad in humoristische poëzie gevatte kritiek op onderwerpen van velerlei aard, die gebundeld werd in vier delen ''Ruize-rijmen'' (1914-1917, in één deel 1922), die enigszins doen denken aan de gedichten van [[Clinge Doorenbos]] of [[Han G. Hoekstra]]. Ook andere zaken nam hij - al dichtend – op de korrel: de klassieken en zelfs episodes uit de vaderlandse geschiedenis.
 
==Toneel==