Titus Quinctius Flamininus: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
GrouchoBot (overleg | bijdragen)
k Bot: automatisch tekst vervangen (- v. Chr. + v.Chr.)
Dolfy (overleg | bijdragen)
k sp.
Regel 4:
 
In [[198 v.Chr.]] werd hij [[Consulaat (Romeinse Rijk)|consul]] en werd hij, op de uitzonderlijke leeftijd van nog geen dertig, belast met het opperbevel tegen koning [[Philippus V van Macedonië]]. Met de hulp van Griekse bondgenoten wist hij deze in [[197 v.Chr.|197]] te verslaan bij de [[Cynoscephalae]] in [[Thessalië]], waarna de koning gedwongen werd zijn grondgebied te beperken tot het eigenlijke Macedonië. Tijdens de daaropvolgende [[Isthmische Spelen]] van [[196 v.Chr.| 196]] proclameerde Flaminius namens de Romeinse Senaat de “vrijheid van alle Grieken, die hij van het Macedonische juk had bevrijd”. Hij werd door de Grieken dan ook met eerbewijzen overladen. Zelf had hij tijdens deze campagne een grote liefde opgevat voor de Grieken en de Griekse cultuur.
 
In [[194 v.Chr.|194]] voerde hij nog met succes strijd tegen de Spartaanse avonturier [[Nabis (Spartaan)|Nabis]], die grote delen van de [[PeloponnesusPeloponnesos]] bezet had. Daarna verliet Flaminius met zijn troepen de Griekse bodem en vierde bij zijn thuiskomst in Rome een schitterende [[triomftocht]], die drie dagen duurde, en waarbij de burgers van Rome voor het eerst nader kennis maakten met [[Oud-Griekse kunst|Griekse kunst]]werken.
 
Vanaf toen bleef Flaminius zich verdienstelijk maken, maar dan wel als diplomaat. Tijdens de zgn. ''"Syrische Oorlog"'' (192-188 v.Chr.) vervulde hij belangrijke diplomatieke missies, en in [[189 v.Chr.|189]] was hij [[censor]], samen met [[Marcus Claudius Marcellus]]. In [[183 v.Chr.|183]] stond hij nog aan het hoofd van een gezantschap dat bij koning [[Prusias]] van [[Bithynië]] om de uitlevering van [[Hannibal Barkas|Hannibal]] verzocht (hetgeen deze uiteindelijk tot zelfdoding bracht).