Kogon

soeverein uit Ashikaga-shogunaat (1313-1364)

Keizer Kōgon (光厳天皇, Kōgon-tennō, 1 augustus 13135 augustus 1364) was de 1e troonpretendent van het keizerlijke hof van Japan. Hij regeerde namens het Kamakura-shogunaat van 22 oktober 1331 tot 7 juli 1333.[1]

Kōgon
1 augustus 13135 augustus 1364
Kogon
1e troonpretendent van Japan
Periode 1331 – 1333
Voorganger Go-Daigo
Opvolger Komyo
Vader Go-Fushimi
Moeder Kōgimon'in Neishi
Portaal  Portaalicoon   Japan

Genealogie bewerken

Kōgons persoonlijke naam (imina) was Kazuhito-shinnō (量仁親王).[2] Hij was de derde zoon van keizer Go-Fushimi van de Jimyōin-tak van de Keizerlijke familie. Zijn moeder was Kōgimon'in Neishi (広義門院寧子). Hij was geadopteerd door zijn oom, Hanazono.

Leven bewerken

Volgens een afspraak gemaakt tussen de keizerlijke familie en het Kamakura-shogunaat mochten de twee takken van de keizerlijke familie, de Daikakuji en Jimyōin, afwisselend om de 10 jaar een keizer aanwijzen. Daar het de beurt was aan de Jimyōin-tak werd Kōgon door hen aangewezen als kroonprins voor keizer Go-Daigo.

Go-Daigo ging echter in tegen de afspraak en kwam zelfs in opstand tegen het shogunaat. Toen dit mislukte werd hij verbannen en maakte het shogunaat Kōgon tot keizer. Go-Daigo ontsnapte echter van zijn verbanningsoord op de Oki-eilanden en nam wederom de wapens op tegen het shogunaat. Hij wist in 1333 de keizerlijke hoofdstad te heroveren en Kōgon te verstoten van de troon. Dit werd de kenmu-restauratie genoemd. Kōgon moest de stad nadien ontvluchten terwijl Go-Daigo nog tot 1336 door regeerde als keizer.