Ganzevoetje

soort uit het geslacht Anseropoda

Het ganzevoetje (Anseropoda placenta) is een zeester uit de familie Asterinidae. De wetenschappelijke naam van de soort werd, als Asterias placenta, in 1777 gepubliceerd door de Welshe natuuronderzoeker Thomas Pennant.

Ganzevoetje
Ganzevoetje (Anseropoda placenta)
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Echinodermata (Stekelhuidigen)
Klasse:Asteroidea (Zeesterren)
Orde:Valvatida
Familie:Asterinidae
Geslacht:Anseropoda
Soort
Anseropoda placenta
(Pennant, 1777)
Originele combinatie
Asterias placenta Pennant, 1777
Synoniemen
Lijst
  • Asterias cartilaginea Fleming, 1828
  • Asterias membranacea Retzius, 1783
  • Asteriscus palmipes Müller & Troschel, 1842
  • Palmipes membranaceus (Retzius, 1783)
  • Anseropoda membranacea Nardo, 1834
  • Anseropoda membranacea (Retzius, 1783)
  • Carna membranacea (Retzius, 1783)
  • Asteriscus placenta (Pennant, 1777)
  • Asteriscus membranaceus (Retzius, 1783)
  • Asterias palmipes Olivi, 1792
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
(en) World Register of Marine Species
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Kenmerken bewerken

Het lichaam bestaat uit een vijfhoekige schijf, met op de vijf hoekpunten uiterst korte armpjes. De rand van de schijf tussen de hoekpunten is slechts licht concaaf. Het lichaam is bijzonder dun en plat. Aan de bovenzijde geven vijf radiale verdikkingen de plek van de ambulacraalgroeven (aan de onderzjde) aan. De soort wordt tot 20 centimeter in doorsnee. Het lichaam is van boven roodachtig, van onderen geel.[1]

Binnen het verspreidingsgebied kan deze soort slechts verward worden met Asterina gibbosa en Asterina phylactica. Die soorten blijven echter veel kleiner (tot 5 cm), zijn minder dun, hebben geen radiale verdikkingen, en de rand van de schijf is tussen de hoekpunten veel meer concaaf.

Leefwijze bewerken

Het voedsel bestaat uit andere zeesterren, slakken, kreeftjes en zo meer.

Verspreiding en leefgebied bewerken

Deze soort komt algemeen voor langs de kusten van Europa, van Shetland in het noorden tot de Middellandse Zeekust in het zuiden. Zeldzamer in de zuidelijke Noordzee. Tot 200 meter diep.