Eric Massin

Belgisch politicus

Eric Massin (Charleroi, 9 juni 1963) is een Belgisch politicus van de PS.

Eric Massin

Levensloop bewerken

Hij is van opleiding doctor in de rechten aan de ULB en werd beroepshalve advocaat. Hij begon zijn politieke loopbaan als voorzitter van de jongerenafdeling van de PS en als ondervoorzitter van de PS-federatie van het arrondissement Charleroi.

Voor de PS werd hij in 2003 verkozen in de Kamer van volksvertegenwoordigers en bleef er zetelen tot in 2007.[1] In 2009 werd hij eveneens verkozen in het Waals Parlement, maar besloot niet te zetelen en liet zich vervangen door Graziana Trotta. Bij de verkiezingen van 2014 werd hij opnieuw verkozen in de Kamer. In mei 2018 nam hij ontslag als volksvertegenwoordiger om voltijds OCMW-voorzitter van Charleroi te worden.

Massin werd in 2006 verkozen tot gemeenteraadslid van Charleroi, wat hij bleef tot in 2018. Sinds 2012 is hij er voorzitter van het OCMW en van 2007 tot 2012 was hij er schepen. Begin februari 2012 werd hij door de PS voorgedragen als nieuwe burgemeester van Charleroi in opvolging van Jean-Jacques Viseur (CDH). Eric Massin kreeg 48 stemmen, de andere PS-schepen en tegenkandidaat Paul Ficheroulle kreeg er 26.[2] Op 16 februari 2012 legde Massin de eed af als burgemeester.[3] Bij de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2012 eindigde zijn burgemeesterschap en werd hij opgevolgd door Paul Magnette.

In 2014 werd hij de voorzitter van de PS-federatie van het arrondissement Charleroi, een functie die hij eerder van 2006 tot 2010 ook uitoefende. Begin mei 2018 nam Massin ontslag uit deze functie nadat hij tijdens zijn 1 mei-toespraak burgemeester van Courcelles en MR-politica Caroline Taquin had uitgescholden.[4][5] In 2020 werd hij uiteindelijk veroordeeld tot het betalen van een boete van €800 voor het beledigen van Caroline Taquin.[6]

Na de lokale verkiezingen van 2018 werd Massin provincieraadslid en gedeputeerde van Henegouwen.

Eretekens bewerken

Voorganger:
Jean-Jacques Viseur
Burgemeester van Charleroi
2012
Opvolger:
Paul Magnette