Sarah (Suriname)

plantage in Suriname

Sarah is een voormalige plantage in het district Coronie in Suriname. Het ligt aan de Oost-Westverbinding, tussen Clyde en Leasowes (oostelijk) en Burnside (westelijk).

Sarah
voormalige plantage in Suriname Vlag van Suriname
Sarah (Suriname)
Sarah
Situering
District Coronie
Ressort Johanna Maria
Coördinaten 5° 54′ NB, 56° 24′ WL
Foto's
Sarah, 1867
Sarah, 1867
Portaal  Portaalicoon   Suriname

Geschiedenis

bewerken

De plantage werd tussen 1797 en 1802 onder lotnummer 212 uitgegeven en kwam uiterlijk in 1821 in handen van John Bent, een Brit die in 1812 naar Suriname was gekomen en bekendheid verwierf tijdens het Engelse tussenbestuur. De plantage had een oppervlakte van 1.000 akkers (430 hectare). Bent bezat 242 slaven en verbouwde katoen.[1]

In 1854 was het aantal slaven gestegen tot driehonderd. De plantage was toen in het bezit van de erven van John Bent. Anthony Dessé kocht de plantage in 1857. Hij had op dat moment meerdere plantages in zijn bezit.

In 1863, het jaar van de afschaffing van de slavernij, waren er 320 slaven op Sarah. De plantage is dan samengevoegd tot 'Sarah en Leasowes'. Om het personeelstekort op te lossen werden rond 1873 en 1874 120 Hindoestanen gecontracteerd.[1]

In 1888 werden op een gebied van 114 hectare 20.000 kilo cacaobonen en 70.000 kokosnoten geoogst. Eigenaresse en administratrice is op dat moment E.van Lierop-Dessé. Zij was tevens eigenaresse van Mary's Hope.

Rond 1908 was 'Sarah en Leasowes' in eigendom van de Evangelische Broedergemeente (EBG).[2]