Rhodamine B

chemische verbinding

Rhodamine B is een rode tot violette, synthetische, fluorescerende kleurstof. Het behoort tot de rhodamines, dit is een groep van fluorescerende kleurstoffen. De molecuulstructuur van deze stoffen bevat een xantheen-kern en amine- en iminegroepen. Sulforhodamine B, Rhodamine WT, Rhodamine 6G en Rhodamine 123 behoren tot dezelfde groep.

Rhodamine B
Structuurformule en molecuulmodel
Structuurformule van rhodamine B
Algemeen
Molecuulformule C28H31ClN2O3
IUPAC-naam [9-(2-carboxyfenyl)-6-di-ethylaminoxanthen-3-ylideen]-di-ethylazaniumchloride
Andere namen C.I. Basic Violet 10, C.I. 45170, tetraethylrhodamine-hydrochloride
Molmassa 479,0 g/mol
SMILES
Zie voetnoot[1]
CAS-nummer 81-88-9
EG-nummer 201-383-9
PubChem 6694
Wikidata Q429022
Beschrijving rood tot violette kleurstof
Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen
CorrosiefSchadelijk
Gevaar[2]
H-zinnen H302 - H318[2]
EUH-zinnen geen
P-zinnen P280 - P305+P351+P338[2]
Carcinogeen verdacht bij dieren
LD50 (muizen) (oraal) 887 mg/kg
Fysische eigenschappen
Aggregatietoestand vast
Kleur rood tot violet
Smeltpunt (ontleedt) 210-211 °C
Goed oplosbaar in water
Matig oplosbaar in ethanol
Tenzij anders vermeld zijn standaardomstandigheden gebruikt (298,15 K of 25 °C, 1 bar).
Portaal  Portaalicoon   Scheikunde

Toepassingen bewerken

Rhodamines vinden vooral toepassing in kleurstoflasers en als markeerstof of traceerstof in de hydrologie, om stromings- en transportprocessen in oppervlakte- en grondwater te kunnen volgen,[3] of in celbiologische experimenten, bijvoorbeeld fluorescentiemicroscopie. Ze zijn goed oplosbaar in water en oplosbaar in alcohol.

Rhodamine B kan ook in lightsticks worden gebruikt om rood licht uit te zenden. In de praktijk komt dit echter niet veel voor omdat Rhodamine B langzaam ontleedt in aanwezigheid van het in lightsticks gebruikte fenyloxalaat (en de daaraan verwante stoffen), waardoor de houdbaarheid van de stof aanzienlijk verkleind wordt.

Toxicologie en veiligheid bewerken

Rhodamine B is een schadelijke stof en bij dierproeven is gebleken dat ze mogelijk kankerverwekkend is. Voor mensen zijn er geen gegevens beschikbaar. Het IARC heeft de stof daarom ingedeeld in categorie 3 (stoffen waarvan de carcinogeniciteit voor de mens niet te classificeren is). Bij dierproeven zijn ook mutagene effecten en effecten op de voortplanting vastgesteld.

Externe links bewerken