Pierre de Baets

persoon

Pierre De Baets, ook Pieter de Baets genoemd, (Gent, 12 februari 1825 - 1 november 1875) was een Belgisch advocaat, journalist en politicus voor de Katholieke Partij.

Pierre De Baets
Volledige naam Pierre De Baets
Geboren Gent, 12 februari 1825
Overleden 1 november 1875
Kieskring Gent
Land Nederlanden (1825 - 1830)
Vlag van België België (1830 - 1875)
Functie Politicus
Advocaat
Journalist
Partij Kath. Partij
Functies
1854 - 1857 Gemeenteraadslid Gent
1861 - 1866 Volksvertegenwoordiger
1870 - 1875 Volksvertegenwoordiger
Portaal  Portaalicoon   Politiek

Levensloop bewerken

De Baets groeide op in Meulestede bij Gent, als zoon van de molenaar of 'bloempelder' Thomas De Baets en van Marie Seghers. Hij trouwde met Coralie Braeckman. Na zijn humaniora in het Sint-Barbaracollege en zijn universitaire studies, promoveerde hij tot doctor in de rechten aan de Rijksuniversiteit Gent. In september 1850 schreef hij zich als advocaat in bij het Hof van Beroep van Gent, wat hij bleef tot aan zijn overlijden. Hij behoorde tot de zeldzame advocaten die soms in het Nederlands pleitten.

De Baets was ook journalist en directeur van het tijdschrift Leesmuseum in Gent (1856-1859). Zijn democratische en Vlaamsgezinde overtuiging kwam tot uiting in zijn activiteiten bij het 'Vlaemsch Gezelschap', het Willemsfonds, het Davidsfonds, het Vlaamsch Verbond alsook in zijn artikelen, onder meer in Den Vaderlander. Zijn optreden in Vlaamsgezinde kringen was typisch voor de flaminganten afkomstig uit de lagere burgerij en zijn doel was om de exclusieve politieke macht van de Franssprekende elite te doorbreken.

Hij was samen met Jacob Heremans en Edward Campens een van de stichters van onder andere het tijdschrift "Het Leesmuseum"[1], dat van 1856 tot 1859 verscheen.

Hij begon zijn politieke loopbaan als gemeenteraadslid van Gent, een functie die hij van 1854 tot 1857 uitoefende. Aanvankelijk koos hij niet duidelijk voor een partij, maar hij ging meer en meer op in de katholieke groep. Het was namens de katholieken dat de Baets van 1861 tot 1866 en van 1870 tot aan zijn dood in 1875 voor het arrondissement Gent in de Kamer van volksvertegenwoordigers zetelde. In zijn eerste parlementaire periode liet hij zich kennen als ijveraar voor de Vlaamse problematiek. Door de steeds scherper wordende levensbeschouwelijke tegenstellingen tijdens zijn tweede parlementaire periode was er minder aandacht voor de Vlaamse problematiek. Desondanks was hij actief in het tot stand komen van taalwetten en speelde hij een belangrijke rol in de parlementaire afhandeling van de eerste taalwet van strafzaken op 17 augustus 1873. Hierbij keerde hij zich tegen het radicalisme van Edward Coremans en zocht hij naar een politiek haalbare tekst.[2]

Literatuur bewerken

  • Herman BALTHAZAR, Pieter De Baets, in: Nationaal Biografisch Woordenboek, Deel II, Brussel, 1966.
  • Jean-Luc DE PAEPE & Christiane RAINDORF-GERARD (red.), Le Parlement belge, 1831-1894. Données biographiques, Brussel, 1996.
  • Herman BALTHAZAR & Luc VANDEWEYER, Pieter De Baets, in: Nieuw Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Tielt, 1998.