Muurvaren-klasse

klasse van syntaxa

De muurvaren-klasse (Asplenietea) is een klasse van syntaxa die rots- en muurvegetatie omvat die typisch is voor steile of verticale, stenige standplaatsen waaronder rotswanden, stadswallen, kademuren, waterputten, kerkhofmuren en ruïnes.[1] De vegetatie uit de muurvaren-klasse worden gekenmerkt door de dominantie van sporenplanten als varens en mossen.

Muurvaren-klasse
Vegetatieaspect van de tongvaren-associatie
Vegetatieaspect van de tongvaren-associatie
Syntaxonomische indeling
Klasse
Asplenietea
(Br.-Bl.) Oberd. 1977
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons

Naamgeving en codering bewerken

De wetenschappelijke naam Asplenietea is afgeleid van de botanische naam van een belangrijke kensoort binnen deze klasse, de algemeen voorkomende steenbreekvaren (Asplenium trichomanes).

Fysiognomie bewerken

De fysiognomie van de muurvaren-klasse wordt vooral gekarakteriseerd door lithofyten, waaronder vooral varens, mossen en verwilderde rotstuinplanten. Binnen enkele lagere syntaxa van deze klasse kunnen bloeiende planten het vegetatieaspect bepalen.

De gemeenschappen kunnen open tot vrijwel gesloten zijn. Ze bestaan enkel uit een kruidlaag en een moslaag. In de kruidlaag nemen de varens een belangrijke plaats in met een vijftal kensoorten. Sporenplanten hebben door hun zeer lichte sporen in het voordeel bij de kolonisatie van dergelijke moeilijk bereikbare biotopen. Bij de bloeiende planten zijn dikwijls verwilderde tuinplanten, zoals de muurbloem en de gele helmbloem. De moslaag is dikwijls opvallend aanwezig met voornamelijk bladmossen die droogtebestendig zijn.

Ecologie bewerken

De muurvaren-klasse omvat rots- en muurvegetatie binnen een betrekkelijk breed ecologisch spectrum. In de klasse zijn syntaxa van zure tot basische, oligotrofe tot eutrofe en droge tot vochtige stenige standplaatsen opgenomen. Dit soort biotopen worden van nature enkel aangetroffen in bergachtige gebieden. In de Lage Landen vinden ze een alternatief op bouwwerken, voornamelijk oude stadsmuren, gracht- en kademuren, waterputten, kerkhofmuren en kasteelruïnes, plaatsen die gekenmerkt worden door een verticale structuur, de bijna-afwezigheid van een bodem, en sterke schommelingen in temperatuur en de luchtvochtigheid.

In bergachtige gebieden is de soortenrijkdom en het aantal kensoorten meestal veel groter, met onder andere muurnavel en dik vetkruid.

Onderliggende syntaxa in Nederland en Vlaanderen bewerken

De muurvaren-klasse wordt in Nederland en Vlaanderen vertegenwoordigd door maar één orde met twee verbonden. Beide verbonden kennen alhier twee associaties.

  • Rompgemeenschap met gele helmbloem (RG Pseudofumaria lutea-[Cymbalario-Asplenion])
  • Rompgemeenschap met liggende vetmuur en gewoon muursterretje (RG Sagina procumbens-Tortula muralis-[Cymbalario-Asplenion])
  • Rompgemeenschap met muurvaren (RG Asplenium ruta-muraria-[Tortulo-Cymbalarietalia])
  • Rompgemeenschap met muurleeuwenbek (RG Cymbalaria muralis-[Tortulo-Cymbalarietalia])
  • Rompgemeenschap met grasklokje (RG Campanula rotundifolia-[Tortulo-Cymbalarietalia])

Verspreiding bewerken

Het verspreidingsgebied van de muurvaren-klasse strekt zich uit over Europa en Noord-Afrika. Het is nog niet bekend waar de exacte areaalgrenzen van de muurvaren-klasse liggen.

Successie bewerken

Door successie ontstaat vegetatie van de muurvaren-klasse uit rots- en muurvegetatie van de de klasse van stippelkorsten en achterlichtmossen, kringmos-klasse en heel soms ook de poederkorst-klasse, op verticale of schuin aflopende structuren.

Vegetatiezonering bewerken

In de vegetatiezonering kunnen syntaxa van de muurvaren-klasse contactgemeenschappen vormen met syntaxa uit andere klassen die rots- en muurvegetatietypen omvatten. Zo staat de muurvaren-klasse vaak in contact met epilithische (korst)mossenvegetatie uit de klasse van stippelkorsten en achterlichtmossen (Verrucario-Schistidietea), de poederkorst-klasse (Chrysotrichetea chlorinae) en de klasse van bisschopsmutsen en landkaartmossen (Racomitrio-Rhizocarpetea). Met de vegetatie uit de drie laatstgenoemde klassen komt de muurvaren-klasse vaak in een vegetatiemozaïek voor. Voorts kunnen gemeenschappen van de klasse van pioniergraslanden op gruis- en steenbodems (Sedo-Scleranthetea) contactgemeenschappen vormen.

De klasse komt voor in de planaire tot in de nivale zone.

Diagnostische taxa voor voor Nederland en Vlaanderen bewerken

In de onderstaande tabel staan de belangrijkste diagnostische plantentaxa voor Nederland en Vlaanderen.

Houtige gewassen bewerken

Kentaxon Differentiërend taxon Abundantie Triviale naam Botanische naam Opmerking Afbeelding
kK vijgenboom Ficus carica  
vlinderstruik Buddleja davidii  

Kruidlaag bewerken

Kentaxon Differentiërend taxon Abundantie Triviale naam Botanische naam Opmerking Afbeelding
kK Z blaasvaren Cystopteris fragilis  
kO A/O muurleeuwenbek Cymbalaria muralis muurleeuwenbek-orde  
kK Z gele helmbloem Pseudofumaria lutea  
kK Z muurbloem Erysimum cheiri  
kK O stengelomvattend havikskruid Hieracium amplexicaule  
kK muurnavel Umbilicus rupestris niet in Nederland en Vlaanderen  
kK driebladvaleriaan Valeriana tripteris niet in Nederland en Vlaanderen  
kK dik vetkruid Sedum dasyphyllum niet in Nederland en Vlaanderen  
F/O muurvaren Asplenium ruta-muraria  
O steenbreekvaren Asplenium trichomanes  
Z tongvaren Asplenium scolopendrium  
Z schubvaren Asplenium ceterach  
muurfijnstraal Erigeron karvinskianus  
gewone eikvaren Polypodium vulgare  
spoorbloem Centranthus ruber  
bg stinkende gouwe Chelidonium majus  
kruipklokje Campanula poscharskyana  
dalmatiëklokje Campanula portenschlagiana  

Moslaag bewerken

Kentaxon Differentiërend taxon Abundantie Triviale naam Botanische naam Opmerking Afbeelding
kO F gewoon muursterretje Tortula muralis muurleeuwenbek-orde  
kK O gewoon zijdemos Homalothecium sericeum  
kK O muursnavelmos Rhynchostegium murale  

Fotogalerij bewerken

Zie ook bewerken

Externe links bewerken

Zie de categorie Asplenietea van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.