Matawai (volk)
De Matawai zijn een marronvolk in Suriname, levend in een twintigtal dorpen ten noorden van de plaats Kwakoegron aan de Saramaccarivier in Centraal-Suriname, maar relatief dicht naar de kuststrook toe. Hun taal is het Matawai.

Nadat de Saramaccaners in 1762 vrede sloten met de koloniale overheid, scheidde een groep onder leiding van de kapiteins Beku en Musinga zich af. Om van hun overvallen op plantages gevrijwaard te blijven, werd in 1769 een apart vredesverdrag met de Matawai afgesloten en sindsdien worden zij als een afzonderlijke stam beschouwd: de Matawai.
Met de Kwinti die zich later in het gebied van de Matawai vestigden, vertroebelde de verhouding onder de Matawai-granman Noah Adrai in de laatste decennia van de 19de eeuw. Verschillende mondeling overgeleverde vertellingen van de Matawai verhalen over de onderlinge conflicten en de gaan kunu (grand rancune, grote wraakgeest, de grote erfzonde) die over de Matawai kwam.
De granman van de Matawai is Lesly Valentijn (stand 2022).[1]
LiteratuurBewerken
- Chris de Beet en Miriam Sterman, People in Between. The Matawai Maroons of Suriname (diss. RU Utrecht). Meppel, 1981.
Externe linksBewerken
Zie ookBewerken
Bronnen, noten en/of referenties
|