Gilbert de Clare (1e graaf van Pembroke)

militair uit Koninkrijk Engeland (1100-1148)

Gilbert fitz Gilbert de Clare (Tonbridge, ca. 1100[1]6 januari 1148) werd verheven tot graaf van Pembroke in 1138. Hij was beter bekend onder zijn bijnaam Strongbow.[2]

Gilbert fitz Gilbert de Clare
circa 1100 - 6 januari 1148
Zegel van Gilbert fitz Gilbert (Lansdowne MS. 203).
Graaf van Pembroke
Voorganger n.v.t.
Opvolger Richard de Clare
Vader Gilbert fitz Richard de Clare
Moeder Adeliza (Alice) de Claremont.
Partner Isabella van Beaumont
Kinderen Richard de Clare
Basilia de Clare
Dochter (naam niet bekend)

Leven bewerken

Gilbert de Clare werd geboren in Tonbridge als tweede zoon van Gilbert fitz Richard de Clare en Adeliza (Alice) de Claremont.[3] Hij begon zonder eigen land en rijkdom, maar was nauw verwant met zeer machtige mannen, met name zijn ooms Walter de Clare en Roger de Clare.[4]

In 1136 leidde Gilbert fitz Gilbert een expeditie tegen Exmes en verbrandde delen van de stad, waaronder de kerk van Notre Dame, maar werd door de troepen van graaf Willem III van Ponthieu aangevallen en ontsnapte slechts aan de daaropvolgende mêlee na zware verliezen te hebben geleden.[5]

Gilbert werd vanaf 1131 een baron, dit is een hoofdleenman in Engeland, nadat hij het landgoed van zijn oom Roger de Clare had geërfd, waartoe de baronieën en kastelen van Bienfaite en Orbec in Normandië behoorden.[1] Hij bezat vanaf 1138 ook de heerlijkheid Nether Gwent en het kasteel van Striguil (later Chepstow), die aan zijn oom Walter de Clare hadden toebehoord.[6] Datzelfde jaar verhief koning Stefanus hem tot graaf van Pembroke en gaf hem het district en kasteel Pevensey.[7]

Na Stefanus' nederlaag bij Lincoln op 2 februari 1141 (waarbij Gilbert samen met andere edelen van het slagveld zou zijn weggevlucht), was Gilbert een van de mensen die zich nu rond keizerin Mathilde schaarden toen ze in juni Londen innam, maar hij was er ook bij in Canterbury toen Stefanus eind 1141 opnieuw tot koning werd gekroond.[8] Hij zou vervolgens deelgenoot zijn geweest een complot van Godfried V van Anjou tegen Stefanus, maar toen deze ineenstortte, keerde hij terug aan de zijde van Stefanus, die hij bij de belegering van Oxford eind 1142 bijstond.

In 1147 kwam hij in opstand toen Stefanus weigerde om hem de kastelen, die door zijn neef Gilbert, 2e graaf van Hertford, waren overgegeven, te geven, waarna de koning optrok naar zijn dichtstbijzijnde kasteel en hem bijna wist gevangen te nemen. De graaf lijkt echter vrede te hebben gesloten met Stefanus voor zijn dood het volgende jaar.[9]

Hij werd in de Tintern Abbey begraven, die in 1131 door zijn oom Walter was gesticht.

Familie bewerken

Hij trouwde met Isabella van Beaumont, voor 1130, dochter van Robert van Beaumont, 1e graaf van Leicester, graaf van Meulan, en Isabella van Vermandois.[10] Isabella was voorheen de minnares van koning Hendrik I van Engeland geweest.[11]

Bij haar had Gilbert de volgende kinderen:

Noten bewerken

  1. a b H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, p. 348.
  2. Annales Cambriæ s.a. 1149 (= p. 44), Abbey of Tintern IV (= J. Caley - H. Ellis - rev. Bulkeley Bandinel (ed.), Monasticon Anglicanum, V, Londen, 18492, p. 270). Hij wordt slechts in twee bronnen deze bijnaam gegeven en zijn zoon Richard lijkt deze bijnaam te hebben overgeërfd. Gearchiveerd op 13 juli 2023.
  3. Willem van Jumièges, Gesta Normannorum Ducum VIII 37 (= ed. A. du Chesne, 1619, p. 312), Thorney Abbey Liber Vitæ, fol. 2r, BL Add. MS 40,000 (= K. Keats-Rohan, Domesday People Revisited, in Foundations 4 (2012), p. 11), Thorney Monastery X (= W. Dugdale (ed.), Monasticon Anglicanum, II, Londen, 18192, p. 601). Vgl. H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, p. 348. Gearchiveerd op 13 juli 2023.
  4. D. Walker, Medieval Wales, Cambridge - New York - e.a., 1990, p. 40. Gearchiveerd op 13 juli 2023.
  5. H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, p. 348 (voetnoot a).
  6. H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, p. 349.
  7. Abbey of Tintern IV (= J. Caley - H. Ellis - rev. Bulkeley Bandinel (ed.), Monasticon Anglicanum, V, Londen, 18492, p. 270).
  8. J.H. Round, Geoffrey de Mandeville: a Study of the Anarchy, Londen, 1892, p. 158.
  9. P. Dalton - G.J. White, King Stephen's Reign (1135-1154), Woodbridge, 2008, pp. 88-89.
  10. Willem van Jumièges, Gesta Normannorum Ducum VIII 37 (= ed. A. du Chesne, 1619, p. 312), Monmouth Priory III (= W. Dugdale (ed.), Monasticon Anglicanum, IV, Londen, 1846, pp. 596-597). H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, p. 351. Gearchiveerd op 13 juli 2023.
  11. H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, VII, Londen, 19292, p. 526 (voetnoot c).
  12. Willem van Jumièges, Gesta Normannorum Ducum VIII 37 (= ed. A. du Chesne, 1619, p. 312). William Dugdale (die de eerste editie van The Complete Peerage verzorgde) meende dat Gilbert, de eerste graaf van Pembroke, een tweede zoon had genaamd Boudewijn (Baldwin) fitz Gilbert, maar J. Horace Round heeft aangetoond dat het in werkelijkheid zijn broer was (J.H. Round, Geoffrey de Mandeville: a Study of the Anarchy, Londen, 1892, p. 148). Zie: H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, pp. 252-257, Appendix H, pp. 100, 102-104.
  13. H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452, Appendix H, p. 100.
  14. D. Crouch, William Marshal; Court, Career and Chivalry in the Angevin Empire 1147-1219, London - New York, 20022, p. 149.

Referenties bewerken

  • Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Gilbert_de_Clare,_1st_Earl_of_Pembroke op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.
  • D. Crouch, William Marshal; Court, Career and Chivalry in the Angevin Empire 1147-1219, London - New York, 20022.
  • P. Dalton - G.J. White, King Stephen's Reign (1135-1154), Woodbridge, 2008.
  • H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, VII, Londen, 19292.
  • H.A. Doubleday - G.H. White - H. de Walden, The Complete Peerage; or, A History of the House of Lords and All its Members from the Earliest Times, X, Londen, 19452.
  • J.H. Round, Geoffrey de Mandeville: a Study of the Anarchy, Londen, 1892.
  • D. Walker, Medieval Wales, Cambridge - New York - e.a., 1990.