Gerard van Reede tot Nederhorst (Utrecht, ca. 1620 – 14 oktober 1669) was heer van de Vuursche en Drakensteyn. Gerard van Rheede stamde uit het adellijk Utrechts geslacht Van Reede. Op 7 januari 1641 werd Van Reede lid van de Admiraliteit van Amsterdam. Op 25 mei 1645 werd voorzitter van het leenhof waarbij hij onder meer tot taak had om te waken tegen het verloren gaan van leengoederen.[1]

Familie bewerken

Gerard van Reede was de zoon van Ernst van Reede en Elisabeth van Utenhove. Gerard had vier broers en zussen, Mechteld, Agnes, Hendrik Adriaan van Reede tot Nederhorst (*1620) en Hendrik Adriaan van Reede tot Drakestein (*1636).

In januari 1645 trouwde Gerard in Utrecht met Catharina van Teylingen (gedoopt Alkmaar, 28 juli 161927 augustus 1653). Een rouwbord werd in de nieuwe kerk van de Vuursche opgehangen. Zij was dochter van Floris en van Eleonora Vivien. Hun zoon Godard sneuvelde voor Rijsel. Hun zoon Frederik Hendrik trouwde Johanna Schade en noemde hun zoon Gerard Godard van Reede. Zijn naam komt voor in de ridderschap van Utrecht 16 februari 1642. Zij kregen twee dochters, Ernestine Elisabeth van Reede tot Nederhorst en Florentia van Reede tot Nederhorst.[2]

Na haar overlijden trouwde Gerard op 26 november 1654 met Margaretha van Reede tot Nederhorst. Margaretha was de dochter van ambassadeur Godard en van Emerentia Oem van Wijngaarden. Zij stierf één dag voor Gerard op 13 oktober 1669.

Kerk bewerken

Na het ontvangen van een schenking in de vorm van land en geld was hij betrokken bij de stichting van de Nederlands hervormde kerk en gemeente in de Vuursche die in 1659 werd ingewijd.[3] Van Reede was vervolgens een van de eerste kerkeraadsleden. Bij zijn overlijden liet hij echter een grote boedelschuld na. De kerk van de Vuursche kreeg van hun dochter Henriëtte een zilveren avondmaalsbeker.

Drakensteyn bewerken

Tot aan de 17e eeuw was de Vuursche een kleine nederzetting. Gerard van Reede liet de hofstede Drakesteyn afbreken en liet het huidige kasteel Drakesteyn bouwen. Het volledig symmetrisch achthoekige huis werd opgetrokken in Hollands-classicistische stijl.[4] Het staat op een eilandje en is mogelijk een ontwerp van Jacob van Campen.[5] Tevens liet hij een molen, school, boerderij, pastorie en woningen bouwen. Aan de weg van Lage Vuursche naar De Bilt liet hij een tolhuis bouwen.